Het liefdesgedicht, het gedicht dus waarin op een of andere wijze van de liefde wordt getuigd voor de ander, is in de poëzie van Leonard Nolens een veel voorkomend genre. Hij heeft er nu een aantal, zeker niet alle, bij elkaar geplaatst en die geven een goede indruk van zijn, nooit ongecompliceerde, liefdesgevoelens. De intense behoefte aan eenzaamheid is strijdig met de even intense behoefte aan bij elkaar zijn. Op afstand worden briefgedichten geschreven of gedichten waarin het verlangen naar elkaar het onderwerp is. Tegelijkertijd is er de onmacht, het gevoel te falen in de liefde, omdat het besef heerst dat niemand de ander echt kan bereiken. Nolens is de dichter bij uitstek van alle existentiële gevoelens die gepaard gaan met de liefde, van angst tot verrukking, van verlangen tot smart. 'En zoenend en stom onderzoeken je lippen / De sombere man die jou zwijgend staat aan te blaffen / Met liefdesgedichten'. En een vraag als deze: 'Hoe ver mag ik gaan, hoe ver in alleenzijn, hoe diep, / En zonder dat ik straks uit haar gezicht verdwijn?' Het liefdesgedicht is bij Nolens ook en vooral zelfonderzoek.
Nederlands | 9789021446981
Titel | De liefdesgedichten van Leonard Nolens |
Auteur | Leonard Nolens |
Type materiaal | Boek |
Editie | 4e verm. dr; |
Uitgave | Amsterdam [etc.] : Querido, 2012 |
Overige gegevens | 103 p - 21 cm |
Annotatie | 1e dr.: Amsterdam : Querido, 1997 |
ISBN | 9789021446981 |
PPN | 353004901 |
Rubriekscode | Nederlands 875 |
Taal | Nederlands |
Onderwerp algemeen | Liefdesgedichten |