Levensbeschrijving van de gouverneur-generaal van Nederlandsch-Indië (1587- 1629), waarbij zijn daden en gedrag worden geplaatst in de mores en de moraal van zijn tijd.
Een lang essay, geschreven naar aanleiding van de discussies in 2011 over verwijdering van het standbeeld van Jan Pietersz. Coen in Hoorn, begin zeventiende eeuw gouverneur-generaal van Nederlands-Indië. Volgens Ottens werd Coen (1587-1629) lang enkel als een groot bestuurder gezien en pas de laatste decennia als een moorddadig monster. Hij was niet een van beide, maar alle twee, stelt Ottens (voorzitter van de Vereniging Oud Hoorn): een exponent van zijn tijd, doortastend, gezagsgetrouw en gelovig en naar eer en geweten handelend volgens de wetten en Bijbelinterpretaties van toen. Dat leidde tot daden die in onze moderne ogen niet meer te rechtvaardigen zijn. Ottens beschrijft zeer leesbaar hoe Coen in zijn leven kan zijn gevormd tot de man die hij was en wat de morele opvattingen van zijn tijd waren in vergelijking met die van de onze. Hoewel hij Coens schanddaden ronduit erkent, bekruipt de lezer toch het gevoel dat Ottens vooral op de verdiensten van de man wil wijzen om zo hem (en zijn standbeeld) overeind te kunnen houden. In die zin is het een polemisch essay. Het boek bevat enkele illustraties in zwart-wit en een literatuuroverzicht, maar geen register.
Nederlands | 9789081706322
Titel | Coen en zijn tijd |
Auteur | Egbert Ottens |
Type materiaal | Boek |
Uitgave | Hoorn : Poldervondsten, cop. 2013 |
Overige gegevens | 160 p - ill - 24 cm |
Annotatie | Met lit. opg |
ISBN | 9789081706322 |
PPN | 355575302 |
Rubriekscode | 939.2 |
Taal | Nederlands |
Onderwerp algemeen | Coen, Jan Pieterszoon |
PIM Rubriek | Nederland |
PIM Trefwoord | Coen |