Populairwetenschappelijk historisch overzicht van de gelaatkunde (fysiognomie) en de schedelleer (frenologie), aan de hand waarvan men meende het karakter van mensen te kunnen aflezen.
In de achttiende en begin negentiende eeuw was het een rage: wat zegt iemands gezicht - pas later kwam de schedel erbij - over diens karakter? Toen, en ook nu nog, spreekt dit tot de verbeelding en de conclusies hadden soms verstrekkende gevolgen, bijvoorbeeld bij rechtspraak. Vaak voorbarige conclusies, want wetenschappelijk bewijs is schaars en zelfkennis of inzicht in andermans karakter blijkt betrekkelijk. Het ging voorbij. Tweede helft twintigste eeuw volgt echter een opleving, nu gekoppeld aan gedegen psychologisch onderzoek, maar nog steeds betwijfelbaar. De auteur voert de lezer mee. Hij krijgt een inkijk in de praktijkvoering van onder anderen Lavater, predikant en gelaatkundige, en Gall, medicus en schedelkundige. Hij bezoekt musea en rariteitenkabinetten met schedelverzamelingen, wordt geconfronteerd met de rassenleer en kijkt nog eens aandachtig in de spiegel. Alhoewel de materie serieus wordt behandeld, is het boek geestig en vlot. Interessant is het vooral als de lijnen worden doorgetrokken naar recenter tijd. In kaders tussen de tekst staan anekdotische stukjes. Afbeeldingen in zwart-wit, eindnoten en een index completeren het geheel.
Nederlands | 9789460037382 | 319 pagina's
Titel | Op het tweede gezicht : de relatie tussen gelaat en karakter |
Auteur | Jaco Berveling |
Type materiaal | Boek |
Uitgave | Amsterdam : Uitgeverij Balans, [2014] |
Overige gegevens | 319 pagina's - illustraties - 22 cm |
Annotatie | Met literatuuropgave, register |
ISBN | 9789460037382 |
PPN | 369875257 |
Rubriekscode | 417.2 |
Taal | Nederlands |
Onderwerp algemeen | Gelaatkunde; Cultuurgeschiedenis |
PIM Rubriek | Lichaam en Gezondheid |
PIM Trefwoord | Gelaatkunde |