Gedichten over de relatie van de dichteres tot haar vader, de schrijver Harry Mulisch (1927-2010).
In haar poëziedebuut zoekt Frieda Mulisch (1974) de noodzakelijke dialoog met haar vader, de schrijver Harry Mulisch: 'Want nooit zal ik je kwijt zijn, / Vader, verstrikt of niet'. De kortere gedichten met titels als 'Defect', 'Beklag', 'Afscheid' en 'Kwelgeest', laten op een toegankelijker wijze dan in het lange slotgedicht 'Mijn bestaan' de smeekbeden en boosheid van de dochter lezen. Zij wil de aandacht van haar vader vangen voor wie zij is, wat zij denkt en wat zij wil. En ook bespeuren we haar verlangen naar nabijheid en warmte: 'mijn vader vraagt: heb je het zwaar? / En ik kruip op zijn schoot.' Het 10 pagina's tellende slotgedicht stelt de vraag naar wat het schrijvende kind met haar taal kan uitrichten ten opzichten van de Grote Schrijver als vader. Mogelijk gloort er na het onder woorden brengen van deze worsteling, bevrijding. In 'Mijn bestaan' strijdt de dochter (vergeefs?) om een van de vader afgebakende identiteit waarvoor zij niet zijn goedkeuring nodig heeft 'weeral // lukt het de dochter niet de zaken te scheiden // en weer // Geeft zij haar dode vader de hoofdrol.'
Nederlands | 9789044627862 | 39 pagina's
Titel | Nooit vergat ik jou |
Auteur | Frieda Mulisch |
Type materiaal | Boek |
Uitgave | Amsterdam : Prometheus, 2014 |
Overige gegevens | 39 pagina's - 20 cm |
ISBN | 9789044627862 |
PPN | 380232030 |
Rubriekscode | Nederlands 876 |
Taal | Nederlands |
Onderwerp algemeen | Mulisch, Harry; Gedichten |
PIM Rubriek | Gedichten en Versjes |
PIM Trefwoord | Mulisch |