De eigenaar-directeur van een scheepswerf aan het Damsterdiep probeert omstreeks 1920 de toekomst van zijn bedrijf veilig te stellen.
Thomas Rosenboom (1956) vertelt steeds ongeveer hetzelfde verhaal tegen een steeds wisselend decor, dit keer een scheepswerf aan het Damsterdiep in het begin van het derde decennium van de twintigste eeuw. Hoofdpersoon is de woordenrijke Berend Bepol, 63 jaar, eigenaar-directeur van de werf, wiens huwelijk is gezegend met een dochter. Zijn tegenspeler is Niesten, de werfbaas. Door een huwelijk te arrangeren tussen zijn dochter en Niesten hoopt Bepol de toekomst van het bedrijf veilig te stellen. Maar ofschoon hij het beste met iedereen voorheeft, is van meet af aan duidelijk dat hij de tekenen des tijds niet verstaat en geen begrip heeft voor de mensen die hem dierbaar zijn. Dat mondt uit in een heroïsch conflict met Niesten, die door hem wordt bewonderd maar ook gevreesd. Het decor van de werf biedt Rosenboom de gelegenheid zich volop te verlustigen in de terminologie van de scheepsbouw uit het klinknageltijdperk. De roman is tegelijkertijd humoristisch en tragisch, in zekere zin vergelijkbaar met Elsschot, en, zoals we van deze auteur gewoon zijn, in stilistisch opzicht een hoogstandje.
Nederlands | 9789021447421 | 315 pagina's
Titel | De nieuwe man |
Auteur | Thomas Rosenboom |
Type materiaal | Boek |
Editie | Veertiende druk; |
Uitgave | Amsterdam : Em. Querido's Uitgeverij BV, 2014 |
Overige gegevens | 315 pagina's - 22 cm |
Annotatie | 1e druk: 2003 |
ISBN | 9789021447421 |
PPN | 373735561 |
Thematrefwoord | Scheepsbouw |
Taal | Nederlands |
Een jonge vrouw arriveert op een boerderij waar twee jaar eerder een andere jonge vrouw door een ongeval om het leven kwam. Niet op de hoogte van wat er gebeurde, ontwart de hoofdfiguur bijna per ongeluk diverse geheimen en raakt ze verzeilt in gevaarlijke situaties.