Satire van de Rotterdamse humanist (1469-1536) over de menselijke dwaasheden. Met aantekeningen.
Erasmus voltooide na zijn aankomst in Engeland bij zijn vriend Thomas More, toen hij door ziekte werd gekweld, de satire 'Lof der Zotheid'. Eigenlijk tegen zijn zin werd dit boekje gepubliceerd. De slimme opzet was om de Zotheid als vrouwelijk hoofdpersoon te laten optreden. In een ironisch betoog bewijst zij dat het goede der aarde alleen aan Dwaasheid is te danken. Alle illusies over leven, huwelijk en vriendschap blijken gebaseerd op Dwaasheid. Dit spottend betoog is gekruid met subtiele humor. Feller en scherper is de hoofdmoot van het boek als de kerkelijke autoriteiten aangevallen worden in hun zwakten en ijdelheid. Vooral pausen, kardinalen en bisschoppen worden onderuit gehaald en de schijnheiligheid van de kerk wordt meedogenloos afgestraft. Dat de 'Lof der Zotheid' pas na de dood van Erasmus (in 1536) op de Index kwam, bewijst de angst van de kerkelijke overheid voor de grootste geleerde van hun tijd. Deze vertaling door Harm-Jan van Dam is voorzien van een interessant nawoord, eindnoten en een namenregister.
Nederlands | 9789025302788 | 139 pagina's
Titel | Lof der zotheid, of De dwaasheid gekroond : een pronkrede |
Uniforme titel | Lof der zotheid |
Auteur | Desiderius Erasmus |
Secundaire auteur | Harm-Jan van Dam |
Type materiaal | Boek |
Editie | Zeventiende druk; |
Uitgave | Amsterdam : Athenaeum-Polak & Van Gennep, 2016 |
Overige gegevens | 139 pagina's - 22 cm |
Annotatie | Omslagtitel: Lof der zotheid - 1e druk van deze uitgave: 2001 - Met register - Vertaling van: Morias Enkomion, id est, Stultitiae laus, Erasmi Roterodami declamatio |
ISBN | 9789025302788 |
PPN | 398408114 |
Rubriekscode | 155.3 |
Taal | Nederlands |
PIM Rubriek | Geestelijk leven |
PIM Trefwoord | Erasmus |