Theorie met praktische voorbeelden over de spelontwikkeling van kinderen tot en met circa achttien jaar.
Een kind (0-ca 18 jaar) vrij en zelfscheppend laten spelen is de rode draad in dit boek. Doel van dit spel is de ontwikkeling van het kind te stimuleren, waarbij de omgeving de juiste voorwaarden biedt. In tien hoofdstukken wordt aandacht geschonken aan onder andere: visie, wat spel is, spelontwikkeling, de inrichting en aankleding van de speelomgeving, spelvoorkeuren, buitenspel en de rol van de opvoeder. Naast het zelfscheppende spel is er ook ruimte voor co-creatief spel waarbij het kind het spel zelf bedenkt maar uitvoert met anderen. De theorie wordt aangevuld met praktische voorbeelden. De duidelijke tekst is voorzien van enkele zwart-witfoto's en -tekeningen. De vijf bijlagen bevatten onder meer een spelbiografie, een literatuurlijst en enkele recepten. De auteur (1965) laat zich inspireren door de antroposofie. Ze was werkzaam als leerkracht bij de Vrije School en is nu onderwijsadviseur bij een bureau van vrijeschoolonderwijs. Het boek is het twaalfde deel van een serie over opgroeien, die een standaardwerk moet worden voor mensen die werken met kinderen.
Nederlands | 9789060388303 | 171 pagina's
| Titel | Spel, spelen en speelgoed : voor kinderen van Index2^0^0 tot 18 jaar |
| Auteur | Loïs Eijgenraam |
| Secundaire auteur | Femke Boshuisen |
| Type materiaal | Boek |
| Uitgave | Zeist : Christofoor uitgeverij, [2018] |
| Overige gegevens | 171 pagina's - illustraties - 20 cm |
| Annotatie | Met literatuuropgave |
| ISBN | 9789060388303 |
| PPN | 410753483 |
| Rubriekscode | 416.4 |
| Taal | Nederlands |
| Onderwerp algemeen | Kinderspel; Antroposofische visie |
| PIM Rubriek |  Opvoeding en Onderwijs |
| PIM Trefwoord | Kinderspel |
Alle kinderen willen en kunnen spelen. Dat geldt ook voor kinderen die vaak druk zijn, overactief, getraumatiseerd, hoogbegaafd, oververmoeid, slechthorend, slechtziend, taalzwak, in zich zelf gekeerd, of te rustig zijn. En voor kinderen die zich gauw vervelen, vaak ruzie maken of krijgen. Kinderen laten spelen die een speciale vraag hebben, dat vraagt van ouders of leerkrachten een goed voorbereide omgeving voor dat kind. Aan welke voorwaarden kun je dan denken? De auteur komt met spelsuggesties en speelgoed-tips, maar ook de achtergrond van de vraag wordt beschreven. Daardoor krijg je als lezer inzicht in hoe de spelomgeving "uitnodigend en veilig" kan worden gemaakt. Zo uitnodigend dat kinderen de sterren van de hemel spelen. En dat is wat ze gezond maakt. - Bron: uitgeversinformatieInformatie over het antroposofische mensbeeld van de auteur (1965), over verschillende visies op spelontwikkeling, over waarnemen van spel en over wat volwassenen van kinderspel kunnen leren, met praktische voorbeelden van allerlei soorten kinderen: getraumatiseerd, hoogbegaafd, slechthorend/-ziend, introvert, verveeld of overactief.
Informatie voor ouders en andere opvoeders over de fysieke en geestelijke ontwikkeling van kinderen en hoe het onderwijs daar op welk moment op inspeelt.
Pleidooi voor ouders en leerkrachten om kinderen van 5 tot en met 11 jaar in de opvoeding ruimte te gunnen voor spel, experiment, ervaring, ontdekking en fantasie.
