Door van tijd een vierde dimensie te maken, werden ruimte en tijd in een geheel samengebracht en ontstond het begrip ruimtetijd, dat als basis diende voor een nieuw referentiekader voor het begrijpen en beschrijven van het heelal.
Uitleg van het begrip ruimtetijd. Vanaf de introductie van dit begrip begin 20e eeuw worden ruimte en tijd als twee samenhangende kanten van een geheel gezien. Dus niet meer als twee volstrekt van elkaar losstaande begrippen, zoals eeuwenlang het geval was. Bedacht door de Duitse wiskundige H. Minkowski (1864-1909) en vervolgens omarmd door zijn voormalige student fysicus A. Einstein (1879-1955), veranderde het begrip ruimtetijd verder. In zijn relativiteitstheorie werkte Einstein ruimtetijd uit tot een buigzaam, golvend en groeiend geheel. Deze revolutionaire kijk op de samenhang van ruimte en tijd bood een uitweg voor de natuurkundige patstelling die aan het eind van de 19e eeuw was ontstaan. Juist omdat de Newtoniaanse wetten en Maxwells vergelijkingen elkaar tegenspraken. Deze en veel meer interessante ontwikkelingen rondom de ruimtetijd worden op toegankelijke en illustratieve wijze aan de lezer voorgelegd. Met illustraties, formules en een index. Hoort bij de Pocket Science serie van New Scientist, waar de auteur als redacteur werkt. Een interessant, voor iedereen begrijpelijk verhaal van de ruimtetijd en de wetenschappers die ruimte en tijd bij elkaar brachten en daarmee baanbrekende theorieën ontwikkelden.
Nederlands | 9789085716037 | 103 pagina's
Titel | Ruimtetijd : hoe Einstein het heelal een vierde dimensie gaf |
Auteur | Yannick Fritschy |
Secundaire auteur | George van Hal |
Type materiaal | Boek |
Uitgave | Utrecht : Veen Media, [2017] |
Overige gegevens | 103 pagina's - illustraties - 18 cm |
Annotatie | Met literatuur opgave, index |
ISBN | 9789085716037 |
PPN | 409217603 |
Rubriekscode | 531.4 |
Taal | Nederlands |
Onderwerp algemeen | Relativiteitstheorie |
PIM Rubriek | Wetenschap en Techniek |
PIM Trefwoord | Relativiteitstheorie |
Helder en meeslepend boek over de belangrijkste ontdekking in de natuur- en sterrenkunde in jaren: die van de zwaartekrachtgolven.