De vriendschap van een arts met twee meisjes ontwikkelt zich tot een moeizame driehoeksverhouding.
De roman waarmee A.H. Nijhoff (1897-1971) debuteerde in 1931. Zij publiceerde relatief weinig maar schreef gedurende haar hele leven. Als schrijfster genoot zij in haar tijd enige bekendheid, maar nu wordt zij toch vooral herinnerd als vrouw van de dichter Martinus Nijhoff en de schrijfster van 'Twee meisjes en ik'. Algemeen werd aangenomen dat het het werk van een man betrof. Op intieme toon doet zij verslag van de vriendschap van de arts Bill, die als verteller optreedt, met twee meisjes, Ann en Juan. Hun relatie ontwikkelt zich tot een moeizame driehoeksverhouding, waarin zij langzaam ten onder gaan. De roman staat bekend als een in zijn tijd unieke roman, intelligent, cosmopolitisch, met een onburgerlijke kijk op huwelijk en liefdesverhoudingen, waaronder die tussen vrouwen. De heruitgave is des te aardiger omdat A.H. Nijhoff een vrijgevochten bestaan leed, waarvan zij, zoals ook al tijdens haar leven werd aangenomen, op eigenzinnige wijze in haar werk verslag heeft gedaan. Met voorin een opdracht en achterin noten en een uitgebreid nawoord van Andreas Oosthoek met een aantal zwart-witfoto's.
Nederlands | 9789059367814 | 314 pagina's
Titel | Twee meisjes en ik : roman |
Auteur | A.H. Nijhoff |
Secundaire auteur | Andreas Oosthoek |
Type materiaal | Boek |
Uitgave | Amsterdam : Cossee, [2018] |
Overige gegevens | 314 pagina's - illustraties - 20 cm |
Annotatie | Oorspronkelijke uitgave: Amsterdam : Querido, 1931 - Met literatuuropgave |
ISBN | 9789059367814 |
PPN | 413369897 |
Taal | Nederlands |