In negen hoofdstukken geeft de auteur een overzicht van de antwoorden die de filosofie vanaf Descartes (1596-1650) gegeven heeft op de vraag van de titel. Die vraag betreft, als voorbeeld, de situatie van de auteur tijdens de narcose bij een operatie. De motto's van Fodor en Wood, die gaan over waarnemen en menselijk gevoel, vormen het kader waarin de vraag besproken wordt. Bewustzijn, persoon, zelf, geheugen, reflectie en zelfreflectie zijn aspecten die aan de orde komen. Locke en de positie van neo-Lockeaan Baker (overleden in 2017) - aandacht voor geheugen en voor organisme als persoon - worden besproken. De auteur komt uit op: de persoonlijke identiteit is verbonden met en wordt gevormd door de relatie met anderen, dus een tweede persoonsperspectief (aangesproken zijn doet ik-zeggen). Heldere uiteenzetting, die de indruk van een collegereeks maakt, van een gedachte die ook in psychologie en theologie en religiewetenschap geformuleerd wordt. Met eindnoten, een omvangrijke literatuuropgave en registers op personen en zaken; daardoor bruikbaar voor cursussen en studie. Overzichtelijke boekverzorging. De schrijfster studeerde psychologie en filosofie en is thans werkzaam bij het departement filosofie aan de Tilburg School of Humanities (Tilburg University).
Nederlands | 9789460043680 | 288 pagina's
Titel | Waar was ik toen ik er niet was : een filosofie van persoon en identiteit |
Auteur | Monica Meijsing |
Type materiaal | Boek |
Uitgave | Nijmegen : Vantilt, [2018] |
Overige gegevens | 288 pagina's - 22 cm |
Annotatie | Met literatuuropgave, register |
ISBN | 9789460043680 |
PPN | 417100221 |
Rubriekscode | 413 |
Taal | Nederlands |
Onderwerp algemeen | Bewustzijn; Filosofische aspecten ; Zelfbesef; Filosofische aspecten ; Identiteit; Filosofische aspecten |
PIM Rubriek | Geestelijk leven |
PIM Trefwoord | Bewustzijn |