Een crime-poem waarin extreme gebeurtenissen worden beschreven.
Dit nieuwe werk van de dichter (1973) wordt gepresenteerd als een crime-poem. De lezer maakt kennis met Pili ('Mijn keel reikt ver, heel ver terug, gaat dwars door tijd'), haar moeder Roza ('ze slaapt met de maan om haar nek'), haar vader Radu ('Met de illusie van stiptheid / bewaakte hij de nachtkant van de norm') en haar broer Vito ('Zoals je weet / ontspruiten afgebroken vruchten / het beste als zij vallen / in een broeierige hoop'). Andere bijzondere personages zijn onder anderen Valeria ('Wij, je moeder en ik, / we goten onze maandstonden / in blikken bakken om te drogen') en Todoperoso ('Hij plaatst kaarsen achter platen lood / laat twee irissen verschijnen in één oog'). Alles speelt zich af in een stad, Orb-e-Grout, die in twee stukken is verdeeld. Het is streng verboden om van de ene kant naar de andere te gaan. 'Hier kussen duivenmelkers verloren doffers op de mond' wordt er van Grout gezegd. Van Orb beweert men 'Dat nanodeeltjes goud / er als gondels door bloedbanen varen'. Wie de regels overtreedt moet kiezen, terug: 'of blijven en de foltering ondergaan'. Een fascinerende bundel!
Nederlands | 9789028427471 | 76 pagina's
Titel | Niemandslandnacht : een crime-poem |
Auteur | Annemarie Estor |
Type materiaal | Boek |
Uitgave | Amsterdam : Wereldbibliotheek, [2018] |
Overige gegevens | 76 pagina's - illustraties - 22 cm |
ISBN | 9789028427471 |
PPN | 413322009 |
Rubriekscode | Nederlands 875 |
Taal | Nederlands |