Een Nederlandse schrijver met een levenslange fascinatie voor Hitler ontdekt onthutsende nieuwe informatie over de dictator.
Hoofdpersoon van deze goed ontvangen roman uit 2001 van Harry Mulisch (1927-2010) is Rudolf Herter, begin zeventig, schrijver met een 'lang, smal, breekbaar, welhaast doorzichtig lichaam' na twee kankeroperaties en een hersenbloeding. Hij is met zijn dertig jaar jongere vriendin Maria in Wenen, om de zojuist verschenen vertaling van zijn roman 'De Uitvinding van de Liefde' te promoten. Enkele jaren na de oorlog was hij ook in deze stad die daar toen nog de duidelijke sporen van vertoonde. Hij is gefascineerd door Hitler, 'een onbegrijpelijke dode, die je haat', zoals hij in een televisie-interview zegt. Als gevolg van deze uitspraak komt hij in contact met een hoogbejaard echtpaar dat in de jaren dertig op Hitlers buitenverblijf Berghof in de huishoudelijke dienst heeft gewerkt. Tijdens een bezoek aan hen vertellen zij hem iets dat hem bijna letterlijk van zijn stoel doet vallen. Als vanouds speelt Mulisch hier weer een spel met de werkelijkheid, het is bijvoorbeeld welhaast onmogelijk om in Herter geen (gechargeerd) zelfportret te zien. De toespelingen op gebeurtenissen uit zijn eigen leven zijn te talloos om toevallig te heten.
Nederlands | 9789023466741 | 199 pagina's
Titel | Siegfried : een zwarte idylle |
Auteur | Harry Mulisch |
Type materiaal | Boek |
Editie | Twaalfde drukm 193ste tot en met 194ste duizendtal; |
Uitgave | Amsterdam : De Bezige Bij, juni 2019 |
Overige gegevens | 199 pagina's - 20 cm |
Annotatie | 1e druk: 2001 |
ISBN | 9789023466741 |
PPN | 423147218 |
Genre | psychologische roman |
Thematrefwoord | Hitler, Adolf |
Taal | Nederlands |