Rode draad in deze derde bundel van de Vlaming Paul Demets (1966), naast dichter ook poëzierecensent, vormt een zevental vierregelige gedichten, verspreid over de bundel. Begin: 'Werd ik vormloos / bloedeloos glad een rups die niet genoeg gekregen had?' Midden: 'Een rups die groeide en vrat tot ze in haar cocon gesponnen zat.' Einde: 'Zo diep / zijn we verknoopt dat ik tot hen lig te verpoppen. We hebben / hetzelfde bloed.' De bundel is in tweeën gesplitst. Deel een heet Monade en bestaat uit de afdelingen Moedervlek, Vaderhand, Ouderhuis, Vrouwenmantel, Vaderrol. Het tweede deel is getiteld: Nomade, onderverdeeld in Reisgezel en Eigenheimer. De titels van deze afdelingen geven aan waarover deze bundel handelt: de relatie met de omgeving, ouders, geliefden, kinderen, samenleving. En daarbij de vraag welke plaats het individu daarin inneemt. 'Hier moeten we niet zijn. Is hier iemand aan wie we / de weg kunnen vragen?' Klaverknoop is de scheikundige benaming voor een bepaalde moleculaire knoop. Niet voor iedereen toegankelijke poëzie.
Nederlands | 9789403123301 | 64 pagina's
Titel | De klaverknoop : gedichten |
Auteur | Paul Demets |
Type materiaal | Boek |
Uitgave | Amsterdam : De Bezige Bij, 2018 |
Overige gegevens | 64 pagina's - 20 cm |
ISBN | 9789403123301 |
PPN | 417445997 |
Rubriekscode | Nederlands 875 |
Taal | Nederlands |