Bundel inspirerende en openharige interviews met bekende en minder bekende Nederlanders die vertellen welk gedicht hen het meest heeft aangegrepen en waarom.
Bert van der Kruk vroeg voor het tijdschrift Volzin bekende en minder bekende Nederlanders naar hun favoriete gedicht en het waarom daarvan. Deze bundel is een selectie inspirerende en openharige interviews. Zo beschrijft Ramsey Nasr, zelf ook dichter, wat hem aangreep in het gedicht van Hans Lodeizen met de beginregels: 'Er is niets zo zoet als 's avonds / onder de bloemen te zijn', vooral vanwege de regel 'probeer het eens' die Nasr ziet als aanmoediging om je eigen stem te vinden. Diederik van Vleuten citeert het gedicht 'Roeping' van Gerard Reve, dat zeker nu actueel is: schreeuwers krijgen alle aandacht en zij die hun werk doen, bijvoorbeeld in de zorg, worden nooit genoemd. 'Toch goed dat er een God is', besluit Reve. Het is een selectie van tien jaar interviews. Ida Gerhardt bleek favoriet, daarna volgen Nijhoff, Andreus en Kopland. Mooi om te lezen hoe een gedicht mensen bijblijft, kan inspireren of troost kan bieden. Eigenlijk zou iedere krant een dergelijke rubriek moeten hebben. Of zou iedereen, zoals Maarten 't Hart, een aantal gedichten uit het hoofd moeten leren. Mooie bundel, ter inspiratie om poëzie te lezen.
Nederlands | 9789089724106 | 187 pagina's
Titel | Ik rende met mijn oma door de mist : 42 persoonlijke verhalen over de kracht van poëzie |
Auteur | Bert van der Kruk |
Secundaire auteur | Frieda Pruim |
Type materiaal | Boek |
Uitgave | Heeswijk-DintherBerne Media, [2020] |
Overige gegevens | 187 pagina's - 22 cm |
Annotatie | Uitgave in samenwerking met Volzin - Met literatuuropgave |
ISBN | 9789089724106 |
PPN | 427620457 |
Rubriekscode | 815.1 |
Taal | Nederlands |
Onderwerp algemeen | Poëzie; Opstellen |
PIM Rubriek | |
PIM Trefwoord | Poëzie |