Twee dertigers met een junkverleden en een onvervulde kinderwens, een op drift geraakte moeder op zoek naar een prins en een 40-jarige fabrieksarbeider die nog bij zijn moeder woont, met een fascinatie voor vissen. De levens van deze personages, die allen aan de zelfkant van de samenleving leven, vloeien langzaam in elkaar over.
Loek en Brenda zijn een stel dertigers met een junkverleden en een onvervulde kinderwens. Miriam en Ondine zijn een op drift geraakte moeder en haar dochtertje, op zoek naar een prins. Alex is een 40-jarige fabrieksarbeider die nog bij zijn moeder woont, met een fascinatie voor vissen. Personages die allen aan de zelfkant van de samenleving leven. In korte scènes met verschillende vertelperspectieven wisselen hun belevenissen elkaar in rap tempo af. Opvallend zijn de dialogen tussen Alex en zijn 'vriend' Rick. De verhaallijnen lopen op den duur in elkaar over. Tussendoor vlecht de auteur (1985) diverse sprookjes van Andersen en Grimm in dit debuut: de kleine zeemeermin, het verhaal van de kieuwen en het sprookje van de visser en zijn vrouw. Proloog en epiloog, in ik-vorm, refereren aan de hedendaagse milieuproblematiek. Een overkoepelend thema waardoor de auteur zich heeft laten inspireren, is het fenomeen van species dysphoria, zo blijkt uit het nawoord van de auteur. Personen die zich meer dier voelen dan mens en als gevolg daarvan lijden. Een ingenieuze intertekstuele roman, die aanzet tot herlezen.
Nederlands | 9789021421278 | 221 pagina's
Titel | Hier komen wij vandaan |
Auteur | Leonieke Baerwaldt |
Type materiaal | Boek |
Uitgave | Amsterdam : Em. Querido's Uitgeverij BV, 2021 |
Overige gegevens | 221 pagina's - 20 cm |
ISBN | 9789021421278 |
PPN | 432607617 |
Genre | psychologische roman |
Thematrefwoord | Sprookjes |
Taal | Nederlands |
In een toekomstige Republiek Nederland, waar de klimaatverandering zich laat gelden, wekt de wijze waarop de populistische regering omgaat met slachtoffers van een orkaan de woede op van een oude man, die een pamflet schrijft als aanklacht.
Salomé Atabong (16, ik-persoon) zit een maand vast in een jeugddetentiecentrum omdat ze twee klasgenoten heeft mishandeld, nadat ze haar discrimineerden en kleineerden. Ze denkt na over wat er mis is gegaan, wie er nou eigenlijk schuldig is en waaraan. Ook maakt ze zich zorgen over haar familie. Vanaf ca. 15 jaar.