Diverse personages geven elk hun kijk op Bedrich Foltýn, een mislukt componist die zichzelf geniaal vindt.
Postume roman (1939) van Karel Capek (1890-1938), een van de belangrijkste Tsjechische schrijvers, waarin hij de biografie schetst van de fictieve componist Bedrich Foltýn, of Beda Folten zoals hij zich liever laat noemen. Bedrich beschouwt zich als een geniaal componist, wat hij onderstreept door zich te tooien met een fluwelen jasje, flamboyante stropdas, dito gebaren en een wapperende haardos. Zijn obsessie om een opera over de Bijbelse figuur Judith te componeren wordt een jammerlijke mislukking die leidt tot het plagiëren van het werk en jonge muziekstudenten en dichters. De auteur laat diverse mensen die Foltýn hebben gekend een beeld van hem schetsen: een klasgenoot van de lagere school, zijn eerste liefje, een kamergenoot tijdens zijn (mislukte) studie rechten, zijn echtgenote, een muziekkenner, een jonge musicus die door Folten financieel wordt ondersteund. Ten slotte komt Capek zelf als operakenner aan het woord. Capeks vrouw, de schrijfster Olga Scheinpflugova, voltooit in een nawoord het boek. Een gelaagd boek waarin de toon afwisselend komisch en ironisch is, maar soms ook meelevend.
Nederlands | 9789028451667 | 126 pagina's
Titel | Leven en werk van de componist Foltýn |
Auteur | Karel Čapek |
Secundaire auteur | Irma Pieper |
Type materiaal | Boek |
Uitgave | Amsterdam : Wereldbibliotheek, [2021] |
Overige gegevens | 126 pagina's - 21 cm |
Annotatie | Vertaling van: Zivot a dílo skladatele Foltýna |
ISBN | 9789028451667 |
PPN | 433212748 |
Taal | Nederlands |
Een afstammeling van de familie Von Trotta beschrijft zijn leven in Wenen vanaf de tijd vlak voor de Eerste Wereldoorlog tot aan de Anschluß van Oostenrijk bij Duitsland in 1938. Vervolg op 'Radetzkymars'.