Graad 3Tijdsduur: ca. 2 min., 30 sec
Het beluisteren van Boulez's tweede pianosonate in 1955 was schokkend voor Peter Schickele: plotseling bleek er nóg modernere muziek te bestaan dan Stravinsky en Roy Harris! Niet dat hij er verrukt door was, wel geraakt. De energie en kleuren die het teweeg bracht waren een nieuwe sensatie. Deze zogenaamde post-Webern stijl bleef in zijn hoofd spoken. In Four pieces voor piano (1957) is het toegepast maar dan wel op zijn eigen manier. Een compromis door het te vermengen met motiefjes tonale muziek, klassiek en jazz. Volstrekt afkeurenswaardig volgens Boulez maar Schickele is er gelukkig mee. Zelfs ondanks de kritische opmerking van een andere componist van hedendaagse muziek uit die tijd: "het einde van het laatste stuk is werkelijk té tonaal". Graad 3. 4 blz. Theodore Presser 160-00222.\nPiano.\nRedactie
Onbekend
Titel | Four pieces : for piano |
Uniforme titel | Stukken, piano |
Auteur | Peter Schickele |
Type materiaal | Bladmuziek |
Uitgave | [S.l.]Presser, cop. 2010 |
Overige gegevens | 5 p |
Annotatie | Toelichting in het Engels door Peter Schickele. - Voor piano. |
PPN | 329799290 |
Taal | Onbekend |