De warm klinkende zes-snarige viola da gamba was van pakweg 1550 tot 1750 het belangrijkste lage strijkinstrument in de Europese kunstmuziek. Zowel in het begeleiden (basso continuo) als in de solo-muziek had het talloze belangrijke taken te vervullen. Pas in de 18e eeuw werd de gamba verdrongen door de cello. Carl Philipp Emanuel, bekendste zoon van J. S. Bach, componeerde een aantal sonates voor de gamba, in de nadagen van het instrument. Gelukkig is met de opkomst van de oude muziekpraktijk de gamba herontdekt. Maar omdat dit beschaafde instrument niet door heel veel mensen wordt bespeeld, zijn er ook transcripties voor altviool bijgevoegd. Voor beide instrumenten zijn er twee partijen, een schone onbetekende partij en een met toegevoegde vingerzettingen. Graad 4. 44 + 4 x 20 + 17 blz. Henle 990.
DuitsEngelsFrans
Titel | Gambensonaten [BLADMUZIEK] : Wq 88, 136, 137 : Ausgabe fu?r Gambe (Viola) |
Auteur | Carl Philipp Emanuel (1714-1788) Bach |
Secundaire auteur | Wolfram Ensslin ; Wolfgang Kostujak ; Rainer Zipperling ; Ju?rgen Weber |
Type materiaal | Bladmuziek |
Uitgave | Mu?nchenHenle, cop. 2011 |
Overige gegevens | 1 partituur (VIII, 44 p.). - muz. - 5 losse partijen |
Annotatie | Voor gamba (altviool) en basso continuo - Urtext ed. - Voorwoord in Duits, Engels en Frans. - Kritisch commentaar in Duits en Engels |
PPN | 344112950 |
Taal | DuitsEngelsFrans |