Reinhold Glière (1875-1956) schopte het op 25-jarige leeftijd al tot docent aan het conservatorium van St. Petersburg. Zijn belangrijkste leerlingen waren Miaskovski en Prokofiev. Later werd hij directeur van het conservatorium te Kiev en tenslotte gaf hij compositie aan het Moskou's conservatorium, waar hij onder andere Katchatoerian onder zijn hoede had. Dat de componist deze prachtige carrière bewandelde dwars door de revolutionaire perikelen had zeker te maken met zijn voorliefde voor de (volks)muziek van zijn vaderland. Een voorliefde die 'toevallig' overeenkwam met de communistische partijlijn. Glière was qua stijl schatplichtig aan 'nationale' componisten als Rimki-Korsakov en Glazoenov. Zijn oeuvre is allround. Van symfoniee??n en balletten tot kamermuziek. Deze twee stukken voor klarinet en piano (Chanson en Valse triste, op. 35 nr. 6 en 7) dateren van rond 1910. Graad 4. 9 + 4 blz. Masters M 3940. Klarinet en piano.
Onbekend
| Titel | Two pieces : Chanson, Valse triste : for clarinet and piano : op. 35, nos. 6, 7 |
| Auteur | Reinhold Glière |
| Type materiaal | Bladmuziek |
| Uitgave | Boca RatonMasters Music Publications, [ca. 2006] |
| Overige gegevens | 1 partituur (9 p.) - 1 partij |
| Annotatie | Voor klarinet en piano. |
| PPN | 303021942 |
| Taal | Onbekend |
