1849 was een productief jaar voor Schumann, zowel in aantal als in variatie van composities. Er ontstonden werken voor koor, piano, orkest, en verschillende instrumenten met pianobegeleiding. Schumann zet in een paar van die stukken de relatief nieuwe ventielhoorn in. Zo ook in het Adagio en allegro voor hoorn en piano, bedoeld als aardige speelmuziek voor de groeiende groep amateurs, maar in de praktijk alleen weggelegd voor een niveau vanaf semi-professional. Het stuk is gebaseerd op een melodie met halve tonen (wat de ventielhoorn nu kon bewerkstellingen). In het rondo van het Allegro vliegen de tonen over het complete bereik van het instrument. Schumann zelfs maakte ook versies voor viool en cello en dit is de versie voor cello. Graad 4. 20 + 4 blz. Henle 1024.
DuitsEngels
| Titel | Adagio und allegro Opus 70 [BLADMUZIEK] : für Klavier und Horn : Fassung für Violoncello |
| Auteur | Robert Schumann |
| Secundaire auteur | Ernst Herttrich ; Klaus Schilde ; Sebastian Hess |
| Type materiaal | Bladmuziek |
| Uitgave | MünchenHenle, cop. 2011 |
| Overige gegevens | 1 partituur (V, 20 p.) - muz - 2 losse partijen |
| Annotatie | Voor cello en piano - Urtext ed. - Voorwoord in Duits, Engels en Frans. - Kritisch commentaar in Duits en Engels. |
| PPN | 340375752 |
| Taal | DuitsEngels |