Een Duitse vrouw schetst de geschiedenis van haar joodse grootvader die in de jaren dertig van de twintigste eeuw een schoenenwinkel had in Ulm.
In 2004 ontving Amelie Fried een telefoontje waardoor ze diepgeraakt was. Ze werd geconfronteerd met het lot van twee van haar joodse familieleden die in de Tweede Wereldoorlog waren omgekomen. Het is het begin van een onderzoek naar het lot van haar vaders familie in de nazitijd in Duitsland. Fried reconstrueert zo een familiegeschiedenis waarover nooit gesproken was. Haar joodse opa Franz, getrouwd met een niet-joodse vrouw, had een schoenenwinkel in de Zuid-Duitse stad Ulm. Vanwege het anti-joodse geweld van de nazi's zette hij in 1933 de winkel op haar naam, in 1939 scheidden ze om de zaak te redden. Hoewel Franz concentratiekamp en werkkamp overleefde, sprak hij nooit meer over de oorlog. Dat gold ook voor Frieds vader (1906-1981), wiens carrière als toneelcriticus stokte omdat hij halfjoods was. Dit zeer lezenswaardige boek van de Duitse auteur en tv-presentatrice (1958) was een bestseller in Duitsland. Het maakt zeer goed duidelijk - vanuit een heel persoonlijke, herkenbare situatie - hoezeer de anti-joodse maatregelen van de nazi's ingrepen in het leven van gewone burgers. Verzorgd uitgegeven met zwart-witfoto's van personen en documenten.
Nederlands | 9789059362482
Titel | Schoenenpaleis Pallas : hoe mijn familie zich tegen de nazi's verzette |
Auteur | Amelie Fried |
Secundaire auteur | Nelleke van Maaren |
Type materiaal | Boek |
Uitgave | Amsterdam : Cossee, cop. 2009 |
Overige gegevens | 205 p - ill - 21 cm |
Annotatie | Met lit. opg - Vert. van: Schuhhaus Pallas : wie meine Familie sich gegen die Nazis wehrte. - München [etc.] : Carl Hanser, cop. 2008 |
ISBN | 9789059362482 |
PPN | 318226065 |
Rubriekscode | Duitsland 945.3 |
Taal | Nederlands |
Onderwerp algemeen | Jodenvervolging; Duitsland |
PIM Rubriek | Geschiedenis |
PIM Trefwoord | Jodenvervolging |
Herinneringen van de jongste zus van topcrimineel Willem Holleeder aan haar door geweld getekende jeugd, de invloed van haar broer op haar leven en familieleden en haar overwegingen om samen met haar zus tegen hem te getuigen in het zogenoemde Passageproces.
Als haar vader, samen met het gezin dat bij hen onderdook, tijdens de Tweede Wereldoorlog wordt opgepakt, wordt een negenjarig meisje ondergebracht in Het Verscholen Dorp bij Nunspeet.
In het Zuid-Afrika van de jaren dertig gaat de 22-jarige Poppie op zoek naar de lotgevallen van haar moeder Anna, die zij voor het laatst zag toen Poppie op haar negende jaar naar een kindertehuis vertrok.