Gedichten over de zegeningen van de ouderdom.
"Ouderen zijn het gelukkigst' kopte NRC Handelsblad op "zes zes tweeduizendzes" volgens Anton Korteweg (1944) in zijn gedicht 'Op het begin van mijn praesenium'. Dat praesenium komt verschillende malen ter sprake en is afkomstig uit Rümkes bekende boek 'Levenstijdperken van de man'. In het gelijknamige gedicht prijst Korteweg Rümke om zijn prachtige, deftige stijl: "Ja, Rümke geleidt als een heer / U uw levenstijdperken door: / juventus, virilitas, / praesenium en senectus, / tot aan de wateren der rust." Deze laconieke en ook vaak ironische toon is nu al zijn hele dichtersloopbaan Korteweg wel toevertrouwd. Ook nu hij de pensioengerechtigde leeftijd heeft bereikt weet hij, in wezen altijd heel monter ("Toch leef ik al bij al opvallend graag nog."), al het geleefde en voorbije èn de naderende toekomst van de dood licht en geestig met elkaar te verzoenen, zonder geklaag of larmoyant gepeins. De liefde, in allerlei vormen, is een vast motief in deze poëzie. Hoe men die kan ondergaan als beginnend praesenex laat 'Alles goed' weten: "Leuk aan zo lang al samen / is dat je bij elkaar / als relaxed vlooiende apen / gezellig, ongehaast / steeds weer wat ouds ontdekt." Een overtuigende bundel.
Nederlands | 9789029085670
Titel | Ouderen zijn het gelukkigst : gedichten |
Auteur | Anton Korteweg |
Type materiaal | Boek |
Uitgave | Amsterdam : Meulenhoff, cop. 2009 |
Overige gegevens | 60 p - 21 cm |
ISBN | 9789029085670 |
PPN | 320325342 |
Rubriekscode | Nederlands 875 |
Taal | Nederlands |
Onderwerp algemeen | Ouderdom; Gedichten |
PIM Rubriek | Gedichten en Versjes |
PIM Trefwoord | Ouderdom |