'Alle dichten is dichten van beginners' - met deze 'Finale' beëindigt Sybren Polet (1924), die al een jaar of zestig meedoet, zijn nieuwste bundel. Het motto sluit hier op de een of andere manier wel bij aan, het is van Novalis en luidt: 'Wir wissen nur, insoweit wir machen'. Daarna lijkt de bundel doelmatig geënsceneerd in negen kleine afdelingen. Het begint met een gedicht waarin de mens als 'dwaalgast' wordt getypeerd: 'Een labyrint van labyrinten, / een wereldomspannend, / waarin we dagelijks, uurlijks verdwalen.' Dit is de Polet zoals we hem kennen, spelend met woorden en zich tegelijktijd buigend over onze wereld en tijd, en onze ervaring daarin. 'De hoge lucht hemelloos, / het verleden / vergeetachtig, vol luchtigheden.' Door zijn op de taal gerichte benadering (woordspelingen te over) en zijn eigenzinnige versbouw met veel vertrooide witregels en onderbroken syntaxis zet hij allerlei tegenstellingen sterk aan. Dat maakt de lezing van zijn poëzie tot een spannende, avontuurlijke gebeurtenis. 'Hoor, er zit iets verbaals in de lucht.' Zo is het maar net.
Nederlands | 9789028423718
Titel | Donorwoorden : gedichten |
Auteur | Sybren Polet |
Type materiaal | Boek |
Uitgave | Amsterdam : Wereldbibliotheek, cop. 2010 |
Overige gegevens | 100 p - 22 cm |
ISBN | 9789028423718 |
PPN | 328214779 |
Rubriekscode | Nederlands 875 |
Taal | Nederlands |