"Soms zijn ideeën zo overduidelijk dat niemand ze lange tijd ziet.De combinatie van een ervaren Cubaanse pianist met een van de rijzende sterren van de flamenco op een selectie van Cubaanse en andere Latijns-Amerikaanse standaarden lijkt hiervan een goed voorbeeld te zijn. Volgens de hoesnotities was het project "opgevat als een experiment om aan te tonen dat onder de diversiteit van deze verschillende muziekstijlen gemeenschappelijke elementen lagen". Je hebt geen graad in musicologie nodig om dat uit te zoeken, dus waarom heb ik in tijden niet zoiets natuurlijks, geïnspireerds of adembenemend moois gehoord? Niet alle experimenten werken, maar dit is een regelrechte klapper." (BBC Music)
"Eddie Palmieri's album Vamonos Pa'l Monte uit 1971 gaat gemakkelijk van de bijna-avant-garde opener "Revolt/La Libertad Logico" met schitterende trompetten, naar het nieuwe tijdperk-ontmoet-oude "Caminando", compleet met een uitstekende elektrische piano-solo van Palmieri zelf. Ook in de zeven minuten durende titeltrack neemt hij de leiding, ditmaal met orgel (bijgestaan door broer Charlie), en door een sterk vocaal refrein (Justo Betancourt, Santos Colon, Yayo el Indio) en het ruige timbalespel van Nick Marrero. Naast de onweerstaanbare arrangementen en het ingewikkelde spel, profiteert Vamonos Pa'l Monte, met alle salsaplaten uit het begin van de jaren '70, van de beste opnametechnieken, waarbij elke sectie - en vrijwel elke muzikant - krachtig gescheiden is met helder stereo. Hoewel veel fans het beschouwen als een overgangsplaat naar de compositorische genialiteit van The Sun of Latin Music, is het eigenlijk een veel betere plaat voor fans van traditionele salsa." (Allmusic)
"Let the good times roll," Herb Alpert seemed to say as he quickly rejoined forces with Masekela for a follow-up LP to their first collaboration earlier that year. Recording live at the Roxy Theatre and on A&M's soundstage without duplicating anything on their earlier studio album, the two horn players (Alpert on trumpet, Masekela on flugelhorn) are, if anything, looser and more freewheeling than before. Though Alpert is not on quite as sure a jazz footing as Masekela, neither musician tries to blow the other out of the room. The band is more attuned to Latin funk/jazz with a South African tinge this time. Again, Alpert and Masekela have mostly fine tunes to work with, none better than "Foreign Natives" and "Shame the Devil" by African trombonist Mosa Jonas Gwangwa, plud Henry Sithole's wistfully haunting "Mama Way" (which has chanted vocals and a string quartet). This album and its predecessor had the effect of recharging Alpert's music, though both are almost forgotten today. (Allmusic)
´This is the third LP on F.O.R. from this unique and timeless group and features some of the best material to date. It takes them back to their roots and each track has been carefully selected to expose Azymuth’s wide musical scope. Tracks like ‘Carambola’, ‘Mimosa’ and the tittle track ‘Pieces of Ipanema’ should rank along with the classic tracks mentioned above. Recorded in Rio De Janeiro, this LP captures the authenticity, feeling and spirit of their sound great effect. You’ll find subtle shades of disco, jazz, funk & samba on this recording and other friends guesting on the LP include ‘Nina Miranda’ from ‘Smoke City’, ‘Orlandivo’ & ‘Sabrina Malheiros’.´ (faroutrecordings.com)
"João Gilberto's debut album, 1959's "Chega De Saudade", was one of the most important bossa nova recordings, and credited by many as the album that launched bossa nova as a major popular music genre. The 12 songs introduce several of bossa nova's most beloved trademarks: breezy, soothing melodies and vocals; tight arrangements with seamless blends of clipped guitar strokes and light orchestration, and, of course, the bossa nova rhythm. This 2010 reissue adds a lot of bonus material, starting with 3 1959 Gilberto recordings from the film Orfeo do Carnaval, among them another classic, "Manha de Carnaval." Also included are 11 1957-59 Brazilian recordings by artists óther than Gilberto that are tightly or loosely aligned with the early bossa nova movement. Gilberto was involved in most, but not all, of these as a songwriter or guitarist (among them three versions of Gilberto's "Ho-Ba-La-La"). Those 11 enjoyable tracks show different slants on the early bossa nova sound." (Richie Unterberger, Allmusic)
"Teus Nobel oogstte twee jaar geleden veel lof met het album Saudade, het eerbetoon aan Antonio Carlos Jobim. Dit nieuwe album borduurt daarop voort, waarbij Nobel zich ditmaal baseert op het repertoire van de Braziliaanse singer/songwriter Ivan Lins, die in zijn thuisland gezien wordt als een muzikale en politieke held. Teus, die op dit instrumentale album prachtig gedempte trompet en flugelhorn speelt, met hulp van Marcelo Martins en Thijs van Leer (fluit), Daniel de Moraes (gitaar), Jeroen Vierdag (contrabas), Marcel Serierse (drums) en Anna Serierse (woordloze vocalen) alsook met strijkers van het Radio Filharmonisch Orkest en van het Metropole Orkest." (Platomania)
"Brazilian Dreams bevat opnames van een viertal optredens in de Manchester Craftsmens Guild in Pittsburgh. Het is een weergave van de samenwerking van de Cubaanse reed virtuoso Paquito DRivera met de Braziliaanse meestertrompettist Claudio Roditi en de New York Voices. Het is daarmee ook de realisatie van een droom van Paquito DRivera, wiens liefde voor vocale kwartet muziek al in de zestiger jaren begon in Havana, toen hij naar de radioprogrammas luisterde van zijn favoriete zender in Miami. Het album bevat composities van Jobim, Bonfa, Donato, maar ook nummers van DRivera en Roditi zelf. Hoogtepunten van de cd zijn Desafinado en het in het Portugees gezongen nummer Retrato Em Branco E Preto. De instrumentale versies van Joao Donatos populaire A Ra (De Kikker) en Roditis Red On Red maken Brazilian Dreams tot een zeer bevredigend album." (RM, Muziekweb)
Dit album verschijnt ruim ná "Focus X", waarbij de titel al iets verraadt. De plaat voert ons terug naar de wereldtournee in de jaren na "Focus 8". Zo werd in 2005 Zuid-Amerika aangedaan. Thijs van Leer heeft natuurlijk overal ter wereld muzikale vrienden en zo ook in Brazilië. En zo kwam men aan het jammen met bevriende Braziliaanse muzikanten. Dat beviel zó goed dat er composities ontstonden en een studio werd opgezocht. Het resultaat klinkt hier en daar vagelijk als Focus, maar is voornamelijk in de latinjazz-hoek te plaatsen. Het klinkt allemaal heel aangenaam en zomers in de oren; ontspannen en swingend. Pretentieloos misschien, maar het plezier spat ervan af. Toch werd er toen niets met de opnamen gedaan, wellicht omdat ze lastig 'in de markt te zetten' zijn. Anno 2016 is er met de komende Olympische Spelen in Rio een mooie aanleiding om dit alsnog te doen. Veel swingend latin dus, maar af en toe ook even typische Focus-muziek met een tapijt uit Van Leers orgel voor Jan Dumée's welluidende gitaar.
De Braziliaanse zangeres Luciana Souza voert op dit album uit 2001 duetten uit met drie landgenoten: jazzgitarist Romero Lubambo, klassiek gitarist Marco Pereira en singer-songwriter Walter Santos (Souza's vader, die in 2008 is overleden). Luciana Souza in het tekstboekje: "The intent was to follow the great tradition of guitar and voice in Brazilian music, and also pay homage to my father and the many great musicians from the Northeast of Brazil".
"So Far So Close is het vierde studio-album van Eliane Elias, haar eerste voor Blue Note. Ze produceerde het zelf in samenwerking met Eumir Deodato. Met muzikale bijdragen van o.a. Michael en Randy Brecker, bassist Will Lee en drummer Peter Erskine. Elias leverde 9 eigen composities. De stijl is meer jazzy dan die van haar latere albums.
Rosanna (Tavares, zang) & Zélia (Fonseca, gitaar) waren een Braziliaans duo. Ze woonden in Frankfurt am Main en waren vooral in Europa populair. Het tweetal leerde elkaar kennen op school in de Braziliaanse staat Minas Gerais, in een muziek- en theatergroep. Rosanna & Zélia werkten met veel muzikanten uit de Latijns-Amerikaanse- en jazzscene samen, waaronder Dino Saluzzi, Howard Levy en Shantel. Naast eigen composities stonden ook stukken van Djavan, Jobim en Chico Buarque op hun repertoire. Rosanna Tavares overleed in 2006 aan kanker.
"As a jazz guitarist with leanings toward Pat Methenys song-rooted openness, Kurt Rosenwinkel has long been a discreetly creative leader of fine bands. But hes long nurtured an urge towards more vocals-oriented music, that could include his reflections on the human condition. It was hinted at on 2003s "Heartcore", and revisited on "Caipi", on which he sings and plays many instruments, and which includes some telling vignettes from Eric Clapton and the classy tenor saxophonist Mark Turner. Rosenwinkels rich frameworks for Eliane Eliass singer daughter Amanda Brecker sometimes suggest that an intriguing, Metheny-and-hip-hop-inflected update of classic samba jazz hides in the wings, and the leader is typically fluent and narratively elegant whenever he cuts loose on guitar. But improv takes a back seat to some prosaic autobiographical songs, cleverly produced and harmonised ensemble pieces and a dinner-jazzy vibe that undercuts the projects undoubtedly sincere objectives." (John Fordham, The Guardian)
Onze website en deze zoekfunctie is vernieuwd en we werken er op dit moment hard aan om de laatste puntjes op de i te zetten. Mis je bepaalde functionaliteiten, dan vind je hieronder tijdelijk nog de link naar oude zoekfunctie.