Heruitgave van het klassieke T.Rex-album uit 1972 met 2 Britse nummer 1-hits: "Telegram Sam" en "Metal Guru". De bonusschijf bevat 'the alternate Slider', d.w.z. alternatieve versies van praktisch alle Slider-tracks, van demo- tot meer afgewerkte versies.
Meteen na "Pin-Ups" hief Bowie z'n Spiders Of Mars-band op. Van de glamrock uit de Ziggy Stardust-tijd heeft 'ie echter nog niet genoeg, wat meteen al blijkt uit het titelnummer, mett sterk "Ziggy"-stempel. De snerpende gitaarleads zijn nu niet van de hand van Mick Ronson: Bowie speelde ze zélf in. Overigens is dit een conceptalbum waarin Bowie (niet voor het eerst en niet voor het laatst) een nachtmerrie-achtig toekomstbeeld schetst (met George Orwells "1984" als oorspronkelijk uitgangspunt).
Productie van Tony Visconti, met wie Bowie regelmatig zou blijven werken. Veel hardrock-achtige songs met dominante, vaak grommende gitaren van Mick Ronson en fuzzy baswerk van Visconti zelf. Het ingetogen titelnummer, met nota bene een rumbaritme onder de coupletten, wijkt nogal af. Het werd in de jaren '90 gecoverd door Nirvana en prijkt sindsdien weer regelmatig op Bowie's live-setlist.
Relatief ingetogen album en meer een singer/songwriter-album dan voorganger "The Man Who Sold The World". Enkele songs passen echt in de Dylan-singer/songwriter-traditie. Ondanks dat ook heel kunstig gearrangeerd en geproduceerd - dat was Ken Scott (later beroemd geworden om geluidskathedralen als "Crime Of The Century" van Supertramp) wel toevertrouwd. Eén van Bowie's allermooiste songs, "Life On Mars" staat erop, naast o.a. "Changes" en "Andy Warhol".
Zijn bekendste en (volgens velen) beste solo-album. Het door David Bowie geproduceerde album kent een grote variatie doch hint toch vooral veel naar glamrock.
In z'n glamrocktijd, als opvolger van "Ziggy Stardust" en "Alladin Sane", verscheen in 1973 dit coveralbum: het laatste met z'n begeleidingsband The Spiders From Mars. Bowie heeft blijkbaar een zwak voor sixtiespop uit het eind van de beat- en het begin van de psychedelische periode, getuige de ver-glam-de covers van The Who, The Kinks, (Syd Barretts) Pink Floyd, The Easybeats en The Yardbirds.
"Most of Roth's best-known songs are here, including "California Girls," "Just a Gigolo/I Ain't Got Nobody," "Yankee Rose," "Ladies Nite in Buffalo?," "Goin' Crazy," "Skyscraper," "Just Like Paradise," and "Stand Up." However, the collection contains too many mediocrities from the flat albums A Little Ain't Enough and Your Filthy Little Mouth while overlooking radio and MTV staples like "Damn Good" and "That's Life." Even with these faults, there's no arguing that The Best does distill Roth's best solo recordings to one disc, making it a useful compilation for most casual fans." (Allmusic)
"De groep zag amper drie jaar geleden het levenslicht, als bastaardkind van rauwe pubrock, seventies punk en de ADHD van frontvrouw Amy Taylor, en weet nu al de festivalpodia te veroveren. De twee eps die we tot nu toe van Amyl and the Sniffers te horen kregen, bestonden steeds uit oorverdovend luide, snelle riffs met een totaal gebrek aan ernst. Gemiddeld duurt een nummer van de band zon twee minuten, waarbij de doorsnee hoeveelheid speed in het lichaam van Amy gevaarlijk dicht aan een overdosis grenst. Het voordeel echter aan een band die zichzelf niet serieus neemt, is dat live alle remmen los gaan: zweten, dreunen, moshen. I guess I really like it when songs have lots of energy, Im a really energetic person., om het in Amys eigen woorden te zeggen, en het is exact wat je van Amyl and the Sniffers kan verwachten op hun self-titled debuutalbum." (Dansende Beren)
Drie-CD-box met niet alleen hits, maar ook LP-tracks en obscuurder werk. Hoewel dus uitgebreid, beslaat het boxje niet de hele carriere: 'Love Is Like Oxygen' staat er bijv. niet op. Het betreft hier wel steeds de originele studioversies!
Debuut uit 1973 van Britse groep. Met de hit "Sebastian". Dit nummer én 't oorspronkelijke slotstuk "Death Trip" hebben pompeus orkest-arrangementen, die op het juiste moment het dramatisch effect flink uitvergroten. Het zijn ook meteen de meest slepende, gedragen songs. De andere songs zijn luchtiger en hebben teksten met eenzelfde beschouwende ironie als liedjes van the Kinks. Muzikaal past de band het best in de glam-getinte artrockhoek van Bowie's Ziggy Stardust-periode en Roxy Musics begindagen.
Dubbelaar, waarop alle bekende Roxy-songs voorbijkomen (van 'Re-Make/Re-Model' tot 'Jealous Guy') in prima versies. Met naast Ferry/MacKay/Manzanera/Thompson o.a. de uitstekende Lucy Wilkins (viool/toetsen) en Chris Spedding (g).
Obscure doch interessante liveopnamen uit de jaren zeventig van verschillende concerten. Geluidskwaliteit is wisselend maar alleszins redelijk.
Onze website en deze zoekfunctie is vernieuwd en we werken er op dit moment hard aan om de laatste puntjes op de i te zetten. Mis je bepaalde functionaliteiten, dan vind je hieronder tijdelijk nog de link naar oude zoekfunctie.