"De spannendste, vernieuwendste gitaarrock komt al enige tijd van Six Organs Of Admittance. Op "Ascent" (2012) nog toegankelijk en opzwepend met een vette Stooges-rocksound. "Hexadic" is compromislozer; er ligt dan ook een theoretisch traktaat aan ten grondslag ('the hexadic system', HB). Bandleider Ben Chasny zoekt naar nieuwe akkoordenschema's om gitaarrock spannend te maken, en dat lukt. Soms de bocht uit gierend, met uitgeschreeuwde woordloze teksten, dan weer even uitpuffend met akoestische folk. Chasny maakt geen muziek voor mietjes, maar houdt het op een knappe manier toch bijzonder meeslepend. Dat hij ook gewoon mooi kan spelen, bewijst hij in bijv. "Hesitant Grand Light". Je verwacht steeds een ontlading, die uitblijft. Zoals Chasny voortdurend alles net iets anders doet dan je denkt. Je hoeft de muzikaal-theoretische achtergrond niet te doorgronden om toch geraakt te worden door "Hexadic". Noise, post-rock en freakfolk krijgen hier een nieuwe dimensie." (Gijsbert Kamer, Volkskrant; 4 uit 5 sterren)
"Geen band vertaalde het ooit innovatieve geluid van The Jesus & Mary Chain en My Bloody Valentine zo onontkoombaar naar nieuwe tijden als A Place To Bury Strangers. Feitelijk had de Brooklynse band rond zanger, gitarist en effectpedaalontwerper Oliver Ackermann na 2 albums wel gemaakt. Er zitten immers grenzen aan hoe diep je een popliedje kan laten verzuipen in een poel van noise, feedback, ruis en ander wreed geweld. Op derde album "Worship" (2012) bevonden we ons ook regelmatig in postpunktijden (Cure, Joy Division). Die draad wordt met de eerste twee songs van "Transfixiation" opgepakt: "Supermaster" en "Straight" leunen op heerlijke New Wave-baslijnen en Ackermanns trukendoos houdt zich relatief koest. Waarna de vlam alsnog genadeloos in de pan slaat en de band gedurende de rest van de plaat de vlakschuurmachine tegen je trommelvlies zet. Sterker nog: zo zout als in pakweg "We've Come So Far, I'm Clean" en "I Will Die" hadden we 't nog niet vaak gegeten, qua, eh, luide popmuziek." (Erik vd Berg, Oor)
Album uit 1987 van gestoord Amerikaans gezelschap. Vervreemdende, chaotische, noisy muziek vol perverse, (b)anale humor. (Oorencyclopedie).
"Any doubts as to the continuing relevance of Sonic Youth upon their jump to major-label status were quickly laid to rest by this follow-up to the monumental "Daydream Nation". While paling in the shadow of its predecessor, "Goo" is, if anything, a portrait of Sonic Youth at their most self-indulgently noisy and contentious, covering topics ranging from Karen Carpenter ("Tunic") to UFOs ("Disappearer") to dating Jesus' mom ("Mary-Christ"). Even Public Enemy's Chuck D joins the fracas on the single "Kool Thing,". This deluxe edition features remastered sound and lots of bonus material: outtakes, B-sides, rehearsals, and demos produced by J Mascis and Don Fleming. These demos, in particular, are worthwhile. Previously available as the fan club CD "Blow Job", these versions are very raw and heavy on noise, often concluding in chaotic feedback jams. Taken as a whole, they showcase the album in a different light, one that hardcore fans may prefer." (Jason Ankeny, Allmusic)
"In slechts enkele jaren had het Newyorkse avant-rockkwartet laten horen dat het niet slechts geweldige gitaarherrie kon produceren - het kon dat in geweldige songs die zowel zeer oorspronkelijk als bijzonder pakkend waren, en die met name in de nummers waarop de lijzige zang van bassiste Kim Gordon voorop stond, vreemd erotisch werkten. het was echter de wisselwerking met de dynamische bijdragen van Thurston Moore en Lee Ranaldo die ieder album van de band tot een nieuwe belevenis maakte en geen meer dan deze zevende uit 1888, dat de status verwierf van één van de belangrijkste albums uit de Amerikaanse rockhistorie." (Eric van Domburg Scipio, Heaven) "Terecht dus dat deze Deluxe Edition is uitgebracht, aangevuld met (uitstekend klinkende!) live-uitvoeringen van alle albumtracks en vier obscure covers (van The Beatles, Mudhoney, Neil Young en Captain Beefheart). Vier nummers zijn opgenomen in Paradiso, 1989. Als dit album iets bewijst, is het dat ook popmuziek kunst kan zijn." (Koen Poolman, Oor)
Debuut uit 2008 van de groep die met opvolger "Tarot Sport" (2009) grote waardering oogst onder critici. Het debuut blijkt ietwat weerbarstiger en vooral ook noisier. En het bevat minder elementen uit rockmuziek. "A 50 minute melange of iridescent synths, psychedelic drone, distorted vocals and tribal rhythm" is een rake beschrijving uit de Mojo.
Dit dikke uur gitaarfeedback geldt nu als een legendarisch werkstuk, dat latere avantgarde-acts als Merzbow heeft beïnvloed. Bij verschijning werd het beschouwd als Reeds poging om van zijn platendeal met RCA af te komen en scoorde het hoog op 'slechtste platen aller tijden'-lijstjes. Anno 2010 geeft de man zelfs live-uitvoeringen van dit ondoorgrondelijke werk.
Een 30-delige fragmentatiebom zoals alleen Mike Pattons groep die kan maken. Ongekend strakke miniaturen waarin te veel gebeurt om te beschrijven: drums als miterailleursalvo's ondersteunen kleurrijke hoorspelletjes, waarin fragmenten van kinderliedjes, Speedy Gonzales-tekenfilmsamples en meer mafs om een plaats vechten tussen noiserock-uitbarstingen en de meest vreemde oprispingen uit de longen van Patton. Eclectisch, heftig en verbazingwekkend.
Album uit 1985.
Franse antwoord op Jesus Lizard en Shellac. Geproduceerd door Steve Albini. Heerlijke brok venijn. (Opscene 48)
Onze website en deze zoekfunctie is vernieuwd en we werken er op dit moment hard aan om de laatste puntjes op de i te zetten. Mis je bepaalde functionaliteiten, dan vind je hieronder tijdelijk nog de link naar oude zoekfunctie.