"Brown Horse komt vrij snel na haar terecht zo bejubelde debuutalbum "Reservoir" op de proppen met "All The Right Weaknesses", waarop de Britse band haar alt. countrygeluid verrijkt met een heerlijk gruizige gitaar vibe. Ook "All The Right Weaknesses" bevat flink wat invloeden uit de countryrock en de alt. country, maar het album klinkt ook wat ruwer en steviger. Wat is gebleven zijn de uitstekende songs en de prima zang. Een ding is niet veranderd en dat is dat Brown Horse ook met "All The Right Weaknesses" weer een geweldig album heeft gemaakt. Het is een album dat zeker in de smaak zal vallen bij liefhebbers van countryrock en alt. country, maar ook een ieder die makkelijk valt voor (indie)rock zal zeer gecharmeerd zijn van het tweede album van Brown Horse. Ik had zo snel na "Reservoir" nog geen tweede album van Brown Horse verwacht, maar "All The Right Weaknesses" is een zeer aangename verrassing." (De krenten uit de pop)
Compilatie van opnamen voor zijn twee solo cd's ("GP" en "Grievous Angel"). Behalve nummers van The Shilohs (eigenlijk een solonummmer) en International Submarine Band zijn ook moeilijk vindbare nummers te horen van The Byrds, The Flying Burrito Brothers (o.a. het door Keith Richards voor Gram geschreven "Wild Horses") en met Emmylou Harris. (GT, Muziekbank)
"Almost exactly a decade after Uncle Tupelo recorded their third and best album ("March 16-20", 1992), along comes this 21-song retrospective, "89/93: An Anthology". This collection is meant to be an appetizer, something to get old and new fans alike interested in the proper albums, three of which will be reissued later this year (all but Uncle Tupelo's final album, "Anodyne", have been out of print for quite some time). As such, Anthology is a bit haphazard and not much of a cohesive listening experience. Anthology's goals seem split between pleasing diehards with a few rarities (a demo, an unreleased B-side, a live cut, a radio session track) and seeking new converts by means of a good band overview." (Pitchfork)
"Best schrijnend, dat verkeerde been aan het begin van "Cousin". Wilco’s dertiende studioplaat start met "Infinite Surprise", een grandioze compositie met diepgang, een dissonante gitaarpartij van Nels Cline, een soort van fanfare en geknetter. Je gaat er eens goed voor zitten. Maar dan schakelt het zestal uit Chicago over naar minder uitdagende liedjes. Even chargeren: zo kleurrijk als de hoes van "Cousin" is, zo kleurloos is de meeste muziek, naar Wilco-maatstaven dan. Het gaat hier – de melancholieke, bovenmodale ballade Pittsburgh en natuurlijk "Infinite Surprise" uitgezonderd – om aardige indiepopliedjes. En niet meer dan dat. Dat is te weinig voor een sextet met schier onbegrensde mogelijkheden. Bandleider Jeff Tweedy en zijn kompanen hebben een aantal werkstukken op hun conto staan die behoren tot de beste van de laatste decennia." (OOR)
"Muzikaal keert Wilco terug naar het genre waarmee het begon, drie decennia geleden: country, americana, hoe je het noemen wilt, het oergenre dat als onderstroom aanwezig was op ?le Wilco-albums, zij het soms royaal overwoekerd door muzikale avonturierszin. Op "Cruel Country" dompelt Wilco zich erin onder en maakt de band gevoelsmatig een cirkel rond. De liedjes werden vrijwel live opgenomen. Een stemmige, troostrijke songcyclus is het resultaat, over een getroebleerd land dat soms op het punt lijkt te staan te desintegreren: "Falling Apart (Right Now)". 21 liedjes, ruim 77 minuten, het is veel, maar de songs zijn op zijn minst mooi en vaak prachtig: "Hints", "The Universe", het lange "Many Worlds". Tweedy onderstreept er zijn status mee: die van een man naar wie je luistert wanneer hij over zijn land praat. En altijd is er liefde: ?Between happy and sad, I choose you.?" (Volkskrant)
"Brown Horse is een Britse band, maar verrast op dit debuutalbum met zeer Amerikaans klinkende muziek, waarin invloeden uit seventies-countryrock en nineties-alt-country op prachtige wijze samen komen. De Britse band maakt bijzonder lekker in het gehoor liggende alt-country, maar zowel in muzikaal als in vocaal opzicht heeft Brown Horse veel te bieden. Bij beluistering van Reservoir wordt de aandacht direct getrokken door de zeer karakteristieke stem van zanger Patrick Turner. De Britse muzikant zingt vaak met een lichte snik in zijn stem, wat de zang op "Reservoir" voorziet van een bijzonder geluid en van emotie. Het is een stem die mogelijk gemengde reacties op zal roepen, maar persoonlijk vind ik de stem van Patrick Turner erg mooi en bijzonder. Het geluid van de band is vooral gitaar georiënteerd, maar de zeskoppige band heeft ook een lekker vol geluid, waarin ook nog bijdragen van pedal steel, banjo, piano, orgel en accordeon opduiken." (De Krenten Uit De Pop)
"When Gram Parsons and Chris Hillman formed The Flying Burrito Bros, they created one sublime album and a brand. It turned out to be a strong and enduring brand, considering it was based on such an apparently flimsy foundation: basically a playboy junkie and a former Byrd creating new music from old sources. But clearly this appealed to some fundamental instinct and the attraction has grown over the years. Sadly, the legend outlasted the band. First, Parsons disappeared into the woozy black hole surrounding Keith Richards. Then Hillman gave up the unequal struggle to make the band a paying proposition, bequeathing the name to soft-rocking Rick Roberts, and returnees Chris Ethridge and Sneaky Pete Kleinow, looking to revive the franchise. Anyhow, the music on both these albums is dire, apart from old songs such as "Why Baby Why or Dim Lights", "Thick Smoke (And Loud Loud Music)" – both on "Flying Again" – when Gib Guilbeau and Joel Scott Hill can exercise their proper country chops." (REcord collector)
"De wegen van Jay Farrar en Jeff Tweedy scheidden na het uiteenvallen van Uncle Tupelo, een uit de garagerock van The Primitives gegroeide formatie, die een nauwelijks te overschatten invloed uitoefende op de ontluikende alt. country beweging van de jaren negentig. De ongelijkheid in de Amerikaanse samenleving was constant aanwezig in het repertoire van Son Volt en klinkt in deze donkere periode sterker door dan ooit. Union, de negende studioplaat, is opgebouwd met dertien songs van Farrar, grotendeels vastgelegd op historische locaties verbonden met iconische activisten als vakbondsleider Mary Harris Jones en Woody Guthrie. Wellicht iets te scherp en obligaat om het grote publiek te bekoren maar Union behoort ongetwijfeld tot het betere, recente werk van Son Volt." (Written In Music)
"Opnieuw zoekt de Australische countryzangeres Kasey Chambers op haar jongste album Wreck & Ruin het gezelschap van echtgenoot Shane Nicholson. Een keuze die voor de hand ligt. Allereerst was hun eerste gezamenlijke album Rattlin’ Bones een van de meest opvallende americana-albums van het jaar 2008. Bovendien weten we dat zowel haar vader als haar broer muzikaal een grote rol speelden in haar carrière. Kasey zoekt haar inspiratie bij voorkeur in huiselijke kring. Ook op Wreck & Ruin valt er weer veel te genieten. Het repertoire is divers, de liedjes aanstekelijk in het up-tempogedeelte en pakkend in de laagste versnelling" (KG, Alt Country Forum)
""Day Of The Doug" is het laatste hoofdstuk van Jay Farrars levenslange liefde voor Doug Sahm, iets wat de Son Volt-voorman onderstreept door "Day Of The Doug" te laten openen en sluiten met voicemails die de Texas Groover jaren geleden achterliet bij Farrar. Destijds nodigde Farrars oude band Uncle Tupelo Sir Doug uit om mee te spelen op hun versie van Sahms "Give Back The Key To My Heart", te vinden op hun laatste album, "Anodyne": het voelde aan als het doorgeven van een fakkel aan de volgende generatie. Dertig jaar later is Sahm al lang overleden en Son Volt, de band die Farrar na Tupelo oprichtte, maakt deel uit van de oude Americana-garde. "Day Of The Doug" slaat daardoor een andere toon aan. Zeker, de plaat is een liefdevol eerbetoon, maar het voelt ook een beetje als een manier om Sahms nalatenschap levend te houden, een manier om luisteraars kennis te laten maken met een belangrijke Amerikaanse muzikant uit de 20ste eeuw wiens oeuvre ondergewaardeerd blijft." (AllMusic; 4 uit 5 sterren)
"Kingmaker is een plaat waarbij je je zult verwonderen, verbazen en een lach op je gezicht zult toveren. Vooral bij de eerste vier nummers van Kingmaker luister ik met één grote glimlach. Niet omdat het perse heel grappig is, maar eerder hoe goed de nummers in elkaar steken. Heel dynamisch, speels en bovenal onderscheidend. Als je dan ook nog eens zo’n prachtige sterke stem als Tami Neilson hebt dan kan het niet verkeerd gaan. De eerste vier nummers zijn van grote schoonheid en erg hoog niveau. Wat volgt is het duet met Willie Nelson. Ook Beyond the Stars is wederom een prachtig nummer waar zowel Tami Neilson als Willie Nelson allebei stralen op hun eigen manier. Neilson met de grote uithalen zoals Patsy Cline en Nelson met z’n kenmerkende outlaw stemgeluid. Kingmaker is naar mijn mening over het geheel gezien een van de betere Americana platen van dit jaar. Het klinkt lekker speels, verfrissend en heeft een paar klassiekers in wording." (Orange Flag Music, William, 2022)|
Onze website en deze zoekfunctie is vernieuwd en we werken er op dit moment hard aan om de laatste puntjes op de i te zetten. Mis je bepaalde functionaliteiten, dan vind je hieronder tijdelijk nog de link naar oude zoekfunctie.