Amper drie maanden na de dood van Krzysztof Penderecki in maart 2020 ging het Tippett Quartet, mede gedreven door de coronabeperkingen, de studio in om zijn complete strijkkwartetten op te nemen. De Pool werd in de jaren zestig bekend door grootschalige werken met overweldigende klankvelden. Later bekeerde hij zich tot een gematigder idioom. Omdat deze cd zijn hele oeuvre omspant is die ontwikkeling goed te volgen. De eerste twee kwartetten zijn vrij kort en hebben een avantgarde-karakter dat je vandaag de dag niet meer hoort, met veel getrommel, geschraap en muggenmuziek. Wat snappen de spelers deze surrealistische muziek goed. Het hier tevens opgenomen Trio stamt uit 1990 en klinkt nogal naar Bartók en Beethoven. Maar de economie waarmee Penderecki zijn karige motieven hanteert is buitengewoon knap. In het lange derde strijkkwartet uit 2008 en het vierde uit 2016 – meer een voetnoot – komen daar ook nog volksmuziekachtige klanken bij. Maar het blijft werk dat respect afdwingt. (volkskrant.nl)
"McCabe kwam al als klein kind met muziek in aanraking. Omdat hij veel ziek was, en hij toen niet naar school kon gaan, las hij veel en luisterde hij naar muziek. Ook met componeren begon hij vroeg; zo had hij al op elfjarige leeftijd 13 (jeugd-)symfonieën geschreven. Als componist schreef hij werken voor bijna ieder genre, van kamermuziek, werken voor orgel en piano tot muziektheaterwerken (twee opera's en zeven balletten), tot grote symfonieën en werken met vocale solisten en gemengd koor. De internationale doorbraak als componist kwam er met zijn orkestrale zangcyclus Notturni ed Alba uit 1970. Hij schreef talrijke concerten voor haast ieder instrument, en combinaties ervan, en orkest. McCabe heeft een uitstekende reputatie als componist in de Britse blaasmuziekwereld voor zijn werken voor brassbands of harmonieorkest." (Wikipedia)
In de muziekgeschiedenis is nationalisme een klein hoofdstukje dat traditioneel altijd wordt gesitueerd in Oost-Europa en Scandinavi?en beperkt tot de late negentiende en de vroege twintigste eeuw. Min of meer klakkeloos wordt aangenomen dat nationaliteit in andere muziek geen dominante rol speelt en dat het tevens een qua tijdsduur beperkt, inmiddels geheel afgesloten historische periode betreft. Als iets echter opvallend is aan de muziek van de late twintigste eeuw, dan is het wel de hernieuwde opkomst van het nationalisme, soms zelfs versplinterd tot regionalisme (zoals bij de Schotse componist James MacMillan). Die herleving van nationalistische gevoelens staat centraal op deze cd van het Xenia Ensemble, waarop werken staan van componisten uit voormalige Sovjetrepublieken. (JvG)
Onze website en deze zoekfunctie is vernieuwd en we werken er op dit moment hard aan om de laatste puntjes op de i te zetten. Mis je bepaalde functionaliteiten, dan vind je hieronder tijdelijk nog de link naar oude zoekfunctie.