Peter Warlock (1894-1930), hoewel grotendeels autodidact als componist, was een vriend van Frederick Delius en Bernard Van Dieren, die hem al vroeg in zijn carrière hielpen. Capriol Suite, het meest gevierde werk van Warlock, verscheen voor het eerst in 1926, als pianoduet, en ontleent zijn melodisch materiaal aan een fascinerend en hoogst origineel boek Orchésographie van Thoinot Arbeau, gepubliceerd in 1588, dat in de vorm van een dialoog tussen meester en leerling, de complexiteit van danspassen en muziek uit de zestiende eeuw verklaart. De naam van de leerling was Capriol?. Peter Warlock selecteerde zes dansen uit Arbeau's Orchésographie als basis voor het materiaal voor zijn Capriol Suite die in zijn bewerking voor strijkorkest (1928) het meest populair werd. Dit heerlijke arrangement voor dubbel blaaskwintet is van John Geddes
Naast 6 ballades en gewijde liederen van andere componisten 26 liederen van Peter Warlock (pseud. van Philip Arnold Heseltine, 1894-1930. Warlock kreeg een gegoede Britse opvoeding, met studies aan Eton College, Christ Church, Oxford en het University College London. Hij hield het echter bij geen van die eerbiedwaardige colleges lang vol. Zijn muzikale belangstelling kreeg al spoedig de overhand. Hij ontwikkelde zich als autodidact en bestudeerde partituren van door hem bewonderde componisten. Frederick Delius was zijn grootste voorbeeld, maar hij raakte ook in de ban van de werken van Roger Quilter en de naar Engeland verhuisde Nederlandse componist Bernard van Dieren. In Eton liet zijn docent Colin Taylor hem kennismaken met andere moderne componisten. Daarnaast waren de poëzie en de muziek uit de tijd van koningin Elizabeth I een inspiratiebron.(...) Zijn pseudoniem gebruikte hij alleen voor zijn composities. (...) (Wikipedia)
Onze website en deze zoekfunctie is vernieuwd en we werken er op dit moment hard aan om de laatste puntjes op de i te zetten. Mis je bepaalde functionaliteiten, dan vind je hieronder tijdelijk nog de link naar oude zoekfunctie.