"Ieder stuk is een stukje Masha, en ieder stuk kan alleen maar zó gezongen worden; die indruk wekt ze in 'Ruby My Dear' van Thelonious Monk, door Sally Swisher op tekst gezet, het overbekende 'Cry Me A River', door [Rob] Van den Broeck verrassend voorzien van nieuwe harmonieën, en 'I Don't Know' van de Israëlische popster Noa." (Jeroen de Valk, Draai om je oren). "Originele zangeres met een prettig stemgeluid met een fantastisch op elkaar ingespeelde band met Rob vd Broeck (p), Wiro Mahieu (b) en pa Dries (d). Te gast: o.a. Bob Malach (ts), Bart van Lier (tmb) en Jarmo Hoogendijk (t)." (Ton Ouwehand, Jazz)
Album uit 1996. Van 't Hof brengt een eerbetoon aan 11 hedendaagse schilders en hun "blue" kunstwerken.
"Zeer eigenzinnige en spannende jazz op de cd Lebo van zangeres Masha Bijlsma." (Muziekweb) "Masha Bijlsma (1971) zingt zowel klassiek jazzrepertoire als eigen composities. In arrangementen van haar bandleden en met vaak zelfgeschreven teksten zet Bijlsma werk van zulke uiteenlopende componisten als Thelonious Monk, Fats Waller, Charlie Haden en Nat Adderley naar haar hand. Ze schrikt er ook niet voor terug om popsongs van Kate Bush en Noa of chansons van Edith Piaf te interpreteren. Haar stem is krachtig en lenig, met een groot bereik in zowel hoog als laag. In 1996 trekt ze voor haar tweede CD Lebo de Amerikaanse tenorsaxofonist Bob Malach aan. De plaat wordt goed ontvangen. Erik van den Berg schrijft in de Volkskrant: Haar tour-de-force is het razendsnel vertolkte The Way You Look Tonight, waarin ze aan een jonge Rita Reys herinnert: dezelfde uitdagende roekeloosheid en brutale vitaliteit. Voor Lebo schrijft Bijlsma samen met Jasper van 't Hof het mistroostige Low Down." (Muziekencyclopedie)
Johanna Rafalowicz, beter bekend als Ann Burton (Amsterdam, 4 maart 1933 - aldaar, 29 november 1989) was een Nederlandse jazz-zangeres. Ze zong vooral ballads en had een groot respect voor de tekst. Ze was naast Rita Reys en Greetje Kauffeld de belangrijkste naoorlogse jazzzangeres van Nederland. In 1973 ging ze naar Japan, waar ze na Ella Fitzgerald de populairste jazzzangeres werd. Ze nam er verschillende platen op, onder meer met Masahiko Satō en Ken McCarthy. Eind jaren zeventig werkte ze in New York, waar ze ook enkele albums maakte, enkele daarvan met Grady Tate en Buster Williams. "Am I Blue" is opgenomen in Blaricum, Nederland, in 1981. Het album werd geproduceerd door Chris Hinze.
"Jazzy pop is te horen op de cd Oh! van de zanger/bassist Will Lee. Het is een verrassend en goed in het gehoor liggend album. De sfeer ademt de betere periode van Toto uit. Georgy Porgy is dan ook een Toto-nummer, herschapen door Lee met invloeden van Marvin Gaye erin verwerkt. Om zich heen heeft Lee voor Oh! prima blazers vergaard, o.a.: Lew Soloff (trompet), Randy Brecker (flügelhorn) en Bob Malach (tenorsaxofoon). Verder verleenden o.a. nog hun medewerking: Don Grolnick (piano/orgel), Bashiri Johnson (percussie) en Jeff Beck (gitaar). Onder de elf nummers op deze cd zijn songs opgenomen als Kissing My Love (Bill Withers), Driftin' (Jimi Hendrix) en My Funny Valentine (Rodgers & Hart). Mooie eigen songs zijn bijvoorbeeld I Know Too Much (About Sadness) (een song over de pijn van het verliezen van vrienden) en Ballad Of Bill And Gretchen (dit lied gaat over twee jongeren die vanaf de schooltijd al decennia bij elkaar zijn)." (Muziekweb)
Pianist Jasper van 't Hof en tenorsaxofonist Bob Malach kennen elkaar van de fusionband Eye Ball waarin ook drummer Alphonse Mouzon & violist Didier Lockwood zaten. De samenwerking werkte zo goed dat zij besloten ook als duo verder te gaan. "Dinner For Two" was hun eerste gezamenlijke album.
Onze website en deze zoekfunctie is vernieuwd en we werken er op dit moment hard aan om de laatste puntjes op de i te zetten. Mis je bepaalde functionaliteiten, dan vind je hieronder tijdelijk nog de link naar oude zoekfunctie.