"Celebrating 20 years as a performer, Rusby re-imagines some of the tracks that helped speed her remarkable journey. Shes joined by some high-profile chums, notably Paul Weller, Richard Thompson, Jerry Douglas, Nic Jones, Chris Thile, Paul Brady, Mary Chapin Carpenter, Stephen Fretwell and Eddi Reader. The same thing that seduced audiences in those early days her exceptionally tender voice still stops you in your tracks. The album works on several levels. Its a fine introduction for interested new arrivals, as well as an enlightened and novel "greatest hits" collection. And then theres the curiosity of listening to her interact with the various guests. The Paul Weller duet "Sun Grazers", for example the only song she hadnt previously recorded is exceptionally good, another indication of her gradual blossoming as a songwriter. Or the melancholic spells of "Who Will Sing Me Lullabies" (with Richard Thompson on el. guitar & vocals and Radioheads Phil Selway on percussion)." (Colin Irwin, BBC Music)
De ster van Kate Rusby is hoog gerezen in de Britse folk. Ook op haar 14de studio-album slaagt ze erin prachtige liedjes fris te laten klinken. Het gevarieerde repertoire wordt gedragen door haar mooie stem; nét niet kristalhelder, maar met dat minuscule braampje raakt ze wel de juiste emotie. "The timeless and instantly recognisable voice remains, yet subtle changes see a move away from the support on the more folky of the instruments although Michael McGoldrick adds delightful whistle. A whole load of credit goes to Damien OKane. Its his role as producer cum sonic architect that sees the obvious fiddle, diatonic accordion and bouzouki vie for space with synths, programming and the increasingly influential yet understated presence of Steven Ivesons electric guitar. Evolution not revolution springs to mind as fans can embrace the progression with the knowledge that theres also the familiar and comfortable for those who know what they can expect from a Kate Rusby album." (Mike Ainscoe, Louder Than War)
Folkzangeres met prachtige stem. Ze zingt eigen liedjes al zijn de teksten regelmatig wel traditioneel. De rustige songs, die vragen om aandachtige beluistering, zijn gearrangeerd met een warm traditioneel folk-instrumentarium.
"Het zingen van een Engels kerstlied, een 'Christmas carol', was aan het einde van de 18de eeuw een daad van verzet in Victoriaans Groot-Brittannië. De Victoriaanse kerk had de meeste carols verboden, maar in o.a. het dwarse graafschap South Yorkshire zong de burger clandestien door. De zogeheten Sheffield Carols overleefden de vervolging en staan nog altijd op het programma van carol singers aldaar. De jonge Britse folkzangeres Kate Rusby dook voor deze kerstplaat diep in het kerstverleden van South Yorkshire en bewerkte een aantal carols uit de Dickenstijd én ver daarvoor. De tekst van het oudste liedje Diadem uit 1779 kreeg tweehonderd jaar later pas een melodie en werd door Kate Rusby opnieuw gearrangeerd en gewikkeld in een warme deken van bugel, hoorn en tuba. Rusbys lichthese maar eng zuivere stem en puntige gitaarspel kleuren prachtig bij de wollige blazers. De liedjes klinken in Rusbys bewerking onweerstaanbaar fris en licht." (Robert van Gijssel, Volkskrant; waardering: 4 uit 5 sterren)
Kerstalbum uit 2008, voorganger van "While Mortals Sleep". South Yorkshire Christmas Carols voorzien van een speciale Kate Rusby-behandeling. Rusby's stem heeft zoals altijd een zalvende uitwerking.
"If its Christmas, Kate Rusby will be found singing, either on tour or with a new album of Yuletide songs in Yorkshires stoutly upheld carol-singing tradition. This third Christmas album follows the same pattern as "While Mortals Sleep" and "Sweet Bells", featuring carols recast with folk tunes, well-worn standards and overlooked nuggets. Hence "Hark The Herald Angels" emerges as "Little Bilberry" amid a warm wash of brass band, "Cold Winter" is a retrieved Elizabethan piece and "Cornish Wassailing" evokes Christmas in the south-west. Rusbys tremulous vocals cant do much with "Winter Wonderland", but it makes for a winning bundle of secular and sacred, and the self-written title track, though candied, could become a fixture on the tree." (Neil Spencer, The Guardian)
"Neo-folkie Kate Rusby is in Engeland altijd goed voor hele positieve recensies en goed verkopende CDs, maar in Nederland is ze helaas nog altijd relatief onbekend. En dat in een tijd waarin de Britse folk floreert als in haar topjaren en vrijwel iedere nieuwe folkie liefdevol wordt omarmd door een grote groep muziekliefhebbers. Hoogste tijd om Kate Rusby eindelijk eens te gaan ontdekken, want ook dit is weer een hele mooie plaat. Ze iest wederom voor een vrij traditionele benadering. Geen alt-folk, freak-folk, of psych-folk dus, maar British Folk die net zo goed uit de vroege jaren 70 als uit het heden had kunnen stammen. Ze vertolkt eigen songs, maar ook traditionals en covers (dit keer een bijzonder fraaie vertolking van "The Village Green Preservation Society" van The Kinks). Songs die door de knap spelende band en Rusbys loepzuivere en honingzoete vocalen weer geweldig klinken. Absoluut één van de grootste talenten binnen de Britse folkscene en weer een hele goede plaat." (Erwin Zijleman, Velvet Music)
"Sinds jaar en dag geldt folkzangeres Kate Rusby als een icoon van de folkscene van het Verenigd Koninkrijk. Die reputatie heeft ze verdiend dankzij een niet aflatende stroom albums waarvan de klasse afdruipt. Gezegend met een van de fraaiste zangstemmen in de business en een goed ontwikkeld zintuig voor het verzamelen van de allerfraaiste folkliedjes is Rusby een van de meest constante factoren in het huidige tijdgewricht in de folkmuziek. Opnieuw trakteert ze ons op gloedvolle vertolkingen van de allerfraaiste liedjes, stuk voor stuk van haar eigen, uiterst vaardige hand. Opgenomen in de Pure Record Studio in South Yorkshire bevat dit album naast de formidabele voordracht van de dame in kwestie arrangementen en akoestische instrumentaties waar je je vingers bij aflikt. Veranderingen zijn alleen zinvol als ze een verbetering betekenen, Rusby heeft ze niet nodig. "Make The Light" is een album dat we met gouden letters kunnen bijschrijven in de annalen van de folkmuziek."(Koos Gijsman, Heaven)
Rusby, 'most beautiful voice of England' (Guardian), met multi-instrumentalist McClusker (door BBC2 tot 'musician of the year 2003' gekozen). Heel zuiver en puur (Pure is toevallig ook het label...) klinkende intieme en bezwerende folksongs.
"Her 1998 debut "Hourglass" was a huge hit in her native Britain, and with good reason: her voice is a sweet but slightly rough mezzo, she sings and plays guitar with equal plainspoken skill, and she picks great songs. So you can't blame her for sticking with a winning strategy on her follow-up. With the help of young producer and fiddler John McCusker (of the Battlefield Band), Rusby serves up a generous program of minimally arranged traditional songs, as well as a few originals; there are more guest musicians this time out, including American folkies Tim O'Brien and Darrell Scott. There's also an Iris DeMent cover, the sweetly affecting "Our Town"-a song whose distinctly middle American overtones are a little strange in this context. But "Botany Bay" certainly does, and so does "The Fairest of All Yarrow," and if on "The Cobbler's Daughter" Rusby drops grisly details with a disquietingly off-hand grace, well, welcome to the wonderful world of traditional music. Highly recommended." (Rick Anderson, Allmusic)
Folk-singer/songwriter uit Yorkshire, die eigen songs afwisselt met bewerkingen van traditionals. Zowel haar songschrijf- als interpretatie-kwaliteiten staan op hoog niveau. De arrangementen zijn sober, direct, puur, in dienst van de melodie.
Onze website en deze zoekfunctie is vernieuwd en we werken er op dit moment hard aan om de laatste puntjes op de i te zetten. Mis je bepaalde functionaliteiten, dan vind je hieronder tijdelijk nog de link naar oude zoekfunctie.