"Een van zijn grootste successen heeft Jordi Savall te danken aan de opname van het in 1994 uitgebrachte album 'La Lira d'Espéria '. Nu is er deze nieuwe opname, 'La Lira d'Espéria II', gewijd aan historisch en traditioneel aan Galicië verbonden rijke muzikale tradities. Goed bewaard gebleven manuscripten uit de late middeleeuwen vormen de basis voor een geheel middeleeuws programma met muziek voor booginstrumenten. Een voorbeeld hiervan zien wij op de albumomslag waar Savall is te zien met een rebab: zeg maar familie van de rebec waarvan de klankkast is bedekt met gestrekte huid. De bijdrage van percussionist Pedro Estevan is zondermeer geweldig te noemen en draagt ook zeker bij aan die zo fantasievolle klankkleur op dit zeer fraaie album." (Jan Jasper, Platomania; cijfer: 9)
During the 18th century, European and, in particular, French musicians forged a speciality in the art of tone painting. Jean-Féry Rebel set out his intentions in his Foreword to the The Elements, writing: the Air is depicted by sustained notes followed by candenzas played on piccolos. In this live recording of a concert performed at the Fontfroide Festival, our musical painters Matthew Locke, Marin Marais, Georg Philipp Telemann, Antonio Vivaldi, Jean-Philippe Rameau and Jean-Féry Rebel speak for themselves. The first part opens with the extraordinary and striking representation of chaos, which Rebel included in his ballet The Elements in 1737. (...) The recording closes with a selection of storms, thunder rolls, earthquakes and Contredanses composed by Jean-Philippe Rameau for the operas Les Indes Galantes, Hippolyte et Aricie, Zoroastre and Les Boréades. (bron: Alia Vox)
"De 54-stemmige Missa Salisburgensis wordt tegenwoordig toegeschreven aan de vioolvirtuoos Biber, die in 1682 werkzaam was als tweede kapelmeester in de dom van Salzburg. De kathedraal leent zich met z'n balkons aan weerszijden bij uitstek voor meerkorige muziek, zoals die al in de 16de eeuw tot bloei was gekomen in de San Marco van Venetië. Jordi Savall weet de met elkaar wedijverende vocale en instrumentale koren goed bijeen te houden in dit toppunt van kolossale barok. Door de lange nagalmtijd is het soms alsof de muziek niet 54- maar 108-stemmig is opgezet, ondanks de bescheiden bezetting. De SACD bevat verder het al even grootscheepse meerkorige motet Plaudite tympana. In de instrumentale Battalia worden de geluiden van een spannende veldslag geïmiteerd. De Sonata sancti Polycarpi, waarin 8 trompettisten elkaar de toupetjes van 't hoofd lijken te blazen, vormt een ware uitdaging voor de gemiddelde luidsprekerbox. Conform de titel: schitterende barok uit vervlogen tijden." (Eddie Vetter, Klassieke Zaken)
"De op 26 maart 1517 in Florence gestorven componist Heinrich Isaac behoorde samen met iemand als Josquin des Prez tot de meest vooraanstaande componisten van zijn tijd. Isaac was jarenlang in dienst van Lorenzo de Medici. In 1497 werd hij door keizer Maximiliaan I in Wenen tot hofcomponist benoemd, een van de meest prestigieuze posten voor een musicus in die dagen. Jordi Savall nam de moeite om bij het 500ste sterfjaar van de componist diens oeuvre door te lichten en er een eerbetoon voor Isaac van te maken. Geheel op zijn Savalls voegde hij daar een mooi overzicht in vogelvlucht aan toe van een woelige Europese tijd. Savall en de zijnen geven Isaac cachet door een enerverende afwisseling van schitterende renaissancepolyfonie en instrumentale werken die alle gelinkt worden aan belangwekkende gebeurtenissen in Europa. Maar het belangrijkste is dat Henricus Isaac door deze prachtige en goed gedocumenteerde CD veel meer wordt dan de man van dat ene lied 'Ich muss dich lassen'." (Paul Janssen, Klassieke Zaken)
"This is Savalls first non-soundtrack programmatic effort as well as the first recording devoted exclusively to his music. The program is divided into 7 Statios of 4 to 5 movements, each representing Savalls take on seven works by the Renaissance Italian painter Michelangelo Caravaggio. Sharing equal billing with Savall is French novelist Dominique Fernandez, who provides essays about each of the seven selected paintings in the accompanying booklet. This is one of the quietest, most meditative ensemble recordings Savall has ever made. The vast majority of the program is devoted to inordinately pensive string improvisations performed by Savall, violinists Riccardo Minasi and Xavier Puertas, and harpist Andrew Lawrence-King. Alia Voxs SACD sound is absolutely gorgeous; rich, well-balanced, and sumptuously detailed. The 168-page booklet (translated in six languages) also is typical of the care Alia Vox continues to take in its projects." (John Greene, ClassicsToday; artistic quality: 8; sound quality: 10)
"Eind 2011 overleed Monserrat Figueras, echtgenote van Jordi Savall en de zo karakterbepalende sopraan van Hesperion XXI. Op dit album is ze de grote afwezige. Én de grote áánwezige. De muziek van Armenië, een van de oudste oosterse Christelijke beschavingen, had de grote belangstelling van Figueras en derhalve ook van Savall. Tijdens haar uitvaart speelden Armeense musici duetten en trio's voor duduk (dubbelriet blaasinstrument) en de kamantcha (een strijkinstrument) en in de maanden erna vond Savall troost in deze eeuwenoude muziek. Vandaar dat hij zich met bevriende Armeense musici op de 'Voskeporik', de Thesaurus der Armeense melodieën, stortte die musicoloog Nigoghos Thamizian in 1982 uitbracht. De resulterende volledig instrumentale CD heeft een onmiskenbaar Turks-Arabische sfeer en is over het algemene sober en klaaglijk van aard. Samen met de prachtige opname en het lijvige boekwerk is het een mooi monument voor zowel Figueras als het Armeense volk." (Paul Janssen, Luister; 4 uit 5 sterren)
Opname: 2000
"Jordi Savall geeft een stem aan de ruim tien miljoen Afrikaanse slaven die tussen 1444 en 1888 de Atlantische oversteek maakten, die op zee in de duistere ruimen zoals Galeano schrijft - schreeuwend ontwaakten als ze over hun moederland droomden, die weggerukt werden van hun families, van hun tradities, die leefden in angst voor draconische straffen, maar die hun vertrapte trots op vrije zondagmiddagen in de muziek konden terugvinden. Dan zweefde de ziel weer even over het grote water naar huis. Later namen deze muzikale tradities een eigen Amerikaanse afslag. Maar Savall richt zich op de periode van de slavernij zelf. In die eeuwenoude muziek hoor je al de eerste invloeden, de ritmes van de pop. Lieve God, red onze drums! begint het Braziliaanse lied Vida ao jongo. En in het oude religieuze Colombiaanse volksliedje Velo que bonito herken je moeiteloos de voorouder van Ramirez' Misa Criolla. De ritmes ademen een vrijheid, die haaks op het slavenleven stond." (Joost Galema, NRC; 4 uit 5 sterren)
"Met zijn all-star-barokorkest Le Concert des Nations maakte Jordi Savall twee CDs met orkestmuziek aan de hoven van Lodewijk XIII en XIV. Van het homogeen samengestelde renaissanceorkest, met alleen strijkers of alleen blazers, ging de ontwikkeling naar het heterogene barokorkest met strijkers, hobos, fluiten en fagotten. Wat goed tot uiting komt op deze compilatie van beide CDs, aangevuld met een Concert Royal van Couperin. De oudste muziek, anonieme gebruiksmuziek voor blazers, zit ingeklemd tussen de meer uitgekristalliseerde composities van bijvoorbeeld Lully. Zo is goed te horen wat Lullys muzikale voorland was en welke ontwikkelingen hij in gang heeft gezet. Savalls uitvoeringen zijn altijd even vorstelijk en zelfs van op papier nogal lullige dansmuziekjes weet hij echte showstoppers te maken. Daarbij heeft hij altijd de beschikking over de allerbeste barokinstrumentalisten. Zelf zorgt Savall op zijn gamba voor een paar intieme momenten temidden van de ceremoniële hofmuziek." (Klassieke Zaken)
Onze website en deze zoekfunctie is vernieuwd en we werken er op dit moment hard aan om de laatste puntjes op de i te zetten. Mis je bepaalde functionaliteiten, dan vind je hieronder tijdelijk nog de link naar oude zoekfunctie.