"'An orchestral fantasy', fashioned in part from bits of music Parks wrote for various films. Parks doesn't tell which selections came from which scores, saying some of the films were never released or the excerpts here were from scenes that didn't make the final cut; for hardcore film buffs, that could make this album an interesting guessing game. For "Super Chief", Parks has given the music a new context, as they're meant to provide a backdrop for his story of traveling from the East Coast to Hollywood for the first time aboard a luxurious rail car, in 1955, with romance and glamour on his mind as he made his way through the heartland to the city where dreams came to life. Not surprisingly, "Super Chief" sounds like film music; smart, well-crafted, full of allusions to America's musical past, and capable of conjuring images all by itself. As a listening experience, "Super Chief" is full of grace and charm, a scrapbook of musical snapshots that cohere into a satisfying whole." (Mark Deming, 4 uit 5 sterren)
"Een van de zonderlingste debuten uit de historie van wat we voor het gemak dan toch maar popmuziek noemen. Kaleidoscopisch is een te armoedig woord om deze krankjorume rijkdom te duiden. Randy Newmans "Vine Street", gezwachteld in violen en door Parks gezongen als een vervreemde crooner, is nog het meest conventioneel getoonzet. Etherische koorzang, blèrende big bands, harpjes en xylofoons, een fragment uit een verdwaald countryliedje - je gelooft letterlijk je oren niet. "Song Cycle" is ontzettend druk. In sommige nummers lijkt het muzikale erfgoed van drie continenten bijeen te komen en Donovans "Colours" wordt een instrumentaaltje in Technicolor dat halverwege geïnfiltreerd wordt door een bijna spookachtig charleston-deuntje. Alsof de danszaal uit de film The Shining plts weer tot leven komt. In al zijn eigenheimerigheid net zo uniek als "Trout Mask Repicla" van Beefheart. De muziek vereist zo'n hoge oplettendheid dat je na afloop uitgeput bent." (Chris van Oostrom, Lust For Life; 4 uit 5 sterren)
"Vergeleken met het ontzettend drukke, krankjorum rijke "Song Cycle" (1968) is "Discover America" (1972) een ontspannender luisterervaring, maar het gehanteerde concept is er niet minder revolutionair om: een album over Amerika op de tonen van de muziek die Parks tijdens zijn verblijft op Trinidad en Tobago had gehoord. Helden als Bing Crosby, The Mills Brothers en Teddy Roosevelt worden eer betoond op kwieke calypso-klanken. Zelfs Little Feats "Sailin' Shoes" blijkt met medewerking van Lowell George zelfs de toevoeging van steel-drums wonderwel te verdragen. Het album wordt nu allerwegen erkend als een van de onbetwistbare meesterwerken uit de jaren '70, maar aanvankelijk was de plaat niet aan de straatstenen te slijten." (Chris van Oostrom, Lust For Life)
"Het is onbegrijpelijk dat dit album uit 1975 door de critici als lichte teleurstelling werd ervaren. Het album zou slechts meer van hetzelfde bevatten (in lijn dus van voorgangers "Song Cycle" (1968) en "Discover America" (1972) dus), zij het in een commercieel aanlokkelijker popjasje. Achteraf gezien kan de blasé ontvangst alleen te wijten zijn aan moedwillige kortzichtigheid. Het titelstuk en "City On The Hill" behoren zelfs tot het beste wat Parks oit heeft opgenomen, om van de volstrekt originele calypso-funk van "Cannon in D" nog maar te zwijgen. Voor het eerst verkocht de man zowaar een paar platen (vooral in Nederland), maar het zou vervolgens tot 1984 duren alvorens hij met "Jump" zijn carrière als zelfstandig platenartiest weer zou hervatten. Die lange pauze was echter wel zo attent van hem. Wanneer je platen maakt die in de regel hun tijd 10 tot 20 jaar vooruit zijn, is het fijn als we die tijd krijgen om eraan te wennen, nietwaar?" (Chris van Oostrom, Lust For Life)
Onze website en deze zoekfunctie is vernieuwd en we werken er op dit moment hard aan om de laatste puntjes op de i te zetten. Mis je bepaalde functionaliteiten, dan vind je hieronder tijdelijk nog de link naar oude zoekfunctie.